Vertaal
Naar andere talen: • knüpfen > ENknüpfen > ESknüpfen > FR
Vertalingen knüpfen DE>NL

knüpfen

werkw.
Uitspraak:  [ˈknʏpfən]

1) durch Knoten herstellen - (aan)knopen

2) beginnen, herstellen - (aan)knopen

3) deel van de uitdrukking:
uitdrukking etw. an etw. knüpfen

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
knüpfen (ww.) koppelen (ww.) ; samenkoppelen (ww.)
Bron: interglot

Voorbeeldzinnen met `knüpfen`
Voorbeeldzinnen laden....