1. MWB
  2. Vertalen
  3. Hauch (DE>NL)
Vertaal
Naar andere talen: • Hauch > EN • Hauch > ES • Hauch > FR
Vertalingen Hauch DE>NL

der Hauch

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [haux]
Verbuigingen:  Hauch(e)s , Hauche

1) deel van de uitdrukking: adem

2) sich leicht bewegende Luft (die nach etw. riecht) - bries
ein kühler Abendhauch - een koele avondbries

3) sehr geringe, kaum wahrnehmbare Menge - vleug(je)
ein Hauch von Luxus - een vleugje luxe
Ich hatte nicht den Hauch einer Ahnung, dass so etwas passieren könnte. - Ik had niet de minste vermoeden dat zoiets zou kunnen gebeuren.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
der Hauch heiigheid (znw.) ; het luchtje ; het vleugje ; het waas ; het zuchtje ; de zweem ; zweempjes (znw.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `Hauch`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: Anflug
DE: Atem
DE: Atemzug
DE: Atmen
DE: Atmung
DE: Duft
DE: Dunst
DE: Gestank
DE: Nebel
DE: Nebelichkeit