Vertaal
Naar andere talen: • Gewand > ENGewand > ESGewand > FR
Vertalingen Gewand DE>NL

das Gewand

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [gəˈvant]
Verbuigingen:  Gewand(e)s , Gewänder

1) Kleidung - gewaad
Viele Besucher des Altstadtfestes trugen historische Gewänder. - Veel bezoekers van het historische stadsfeest droegen historische gewaden.
uitdrukking im neuen Gewand

2) Kleidungsstück, das in bestimmten Kulturen getragen wird - gewaad
Die Nomaden waren in schwarze Gewänder gehüllt. - De nomaden waren in zwarte gewaden gehuld.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
das Gewand geestelijk gewaad (znw.) ; het gewaad ; het habijt ; de mantel (m) ; de overjas ; de pij
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `Gewand`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: Bekleidung
DE: Kirchengewand
DE: Kleider
DE: Kleidung
DE: Kleidungsstück
DE: Mantel