1. MWB
  2. Vertalen
  3. Flegel (DE>NL)
Vertaal
Naar andere talen: • Flegel > EN • Flegel > ES • Flegel > FR
Vertalingen Flegel DE>NL

der Flegel

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [ˈfleːgəl]
Verbuigingen:  Flegels , Flegel

junge, ungezogene männliche Person - vlegel
Du unverschämter Flegel! - De onbeschaamde vlegel!

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
der Flegel onbeschofte man (znw.) ; de vlegels ; de vlegel (m) ; de stouterd (m) ; de stinkerd (m) ; de smiecht (m) ; de smeerlap (m) ; de schurk (m) ; de schobbejak (m) ; de rotzak (m) ; rotjoch (znw.) ; de rekel (m) ; de rakker (m) ; de pummel (m) ; de proleet (m) ; ongelikte beer (znw.) ; de naarling (m) ; het mispunt ; de lummel (m) ; de lomperd (m) ; de kinkel (m) ; het jongen ; de hork (m) ; de heikneuter (m) ; de fielt (m) ; brutale kerel (znw.) ; brutaal joch (znw.) ; de boerenlul (m) ; de boer (m) ; de boef (m) ; de bengels
Flegel botterik
Bronnen: interglot; Trueterm


Voorbeeldzinnen met `Flegel`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: Bauer
DE: Bengel
DE: Dreckskerl
DE: Ferkel
DE: Frevler
DE: Galgengesicht
DE: Gangster
DE: gauner
DE: Grobian
DE: Halunke