Vertalingen Feriengast DE>NL
der Feriengast | de recreant (m) ; de vakantieganger (m) ; vakantiegast (znw.) ; de vakantievierder (m) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `Feriengast`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: ErholungsuchendeDE: Ferienreisende