Vertalingen Erreger DE>NL
der Erreger
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [ɛɐˈreːgɐ] |
Verbuigingen: | Erregers , Erreger |
Virus oder Bakterium, das eine Krankheit auslöst medisch -
veroorzaker, verwekker ein bislang unbekannter Erreger - een tot nu toe onbekende veroorzaker Malariaerreger - verwekker van malaria |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
der Erreger | de verwekker (m) |
Erreger | antennebelichter ; antennebestralingselement ; antennedynamo ; infectieuze agens ; straler ; veroorzaker |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `Erreger`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: Erzeuger