1. MWB
  2. Vertalen
  3. Erlaubnis (DE>NL)
Vertaal
Naar andere talen: • Erlaubnis > EN • Erlaubnis > ES • Erlaubnis > FR
Vertalingen Erlaubnis DE>NL

die Erlaubnis

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [ɛɐˈlaupnɪs]
Verbuigingen:  Erlaubnis , Erlaubnisse

1) die Bestätigung oder Tatsache, dass jemand etw. tun darf - toestemming , verlof
Sie ist ohne die Erlaubnis ihrer Eltern weggegangen. - Zij is zonder toestemming van haar ouders weggegaan.
jemanden um Erlaubnis fragen - iemand om toestemming vragen

2) Dokument, mit dem etw. offiziell erlaubt wird - toestemming , goedkeuring
eine Aufenthaltserlaubnis vorlegen - een verblijfsvergunning overhandigen
Seine Fahrerlaubnis wurde eingezogen. - Zijn rijbewijs werd ingetrokken.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
die Erlaubnishet akkoord ; het fiat ; de goedkeuring (v) ; de licentie ; de permissie (v) ; de snipperdag (m) ; de toelating (v) ; de toestemming (v) ; de vakantie (v) ; de vergunning (v) ; het verlof ; verlofjaar (znw.) ; de verloftijd (m)
Erlaubnis goedkeuring ; verlof
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `Erlaubnis`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: Autorisation
DE: Befugnis
DE: Bevollmächtigung
DE: Bewilligung
DE: Billigung
DE: Einverständnis
DE: Einwilligung
DE: Erholung
DE: Erlaubnisschein
DE: Ermächtigung