1. MWB
  2. Vertalen
  3. Dienst (DE>NL)
Vertaal
Naar andere talen: • Dienst > EN • Dienst > ES • Dienst > FR
Vertalingen Dienst DE>NL

der Dienst

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [diːnst]
Verbuigingen:  Dienstes , Dienste

1) die berufliche Arbeit, bes. von Beamten, Soldaten, Ärzten o. Ä. - dienst
im Dienst sein - in diens zijn
den / zum Dienst antreten - de / tot dienst aantreden
Hast du morgen Dienst? - Heb je morgen dienst?
Nachtdienst - nachtdienst
Dienstreise - dienstreis
uitdrukking außer Dienst
uitdrukking der öffentliche Dienst

2) eine Behörde, Organisation oder Gruppe mit bestimmten Aufgaben - instelling , dienst
Geheimdienst - geheime dienst
Nachrichtendienst - inlichtingendienst
Rettungsdienst - reddingsdienst

3) etw., das man für jemanden tut - dienst
jemandem einen Dienst erweisen - iemand een dienst bewijzen
jemandem seine Dienste anbieten - iemand zijn diensten aanbieden
Freundschaftsdienst - vriendschapsdienst

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
der Dienstde assistentie (v) ; de bijstand (m) ; het corvee ; corveedienst (znw.) ; de dienst (m) ; het dienstbetoon ; de gunst (v) ; de handreiking (v) ; de hulp ; het hulpbetoon ; de hulpverlening (v) ; kerkviering (znw.) ; mis (znw.)
Dienst schalk
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `Dienst`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: Bedienung
DE: Beihilfe
DE: Beistand
DE: Dienstleistung
DE: Dienstzeit
DE: Frondienst
DE: Gottesdienst
DE: Gunst
DE: Handreichung
DE: Hilfe

Uitdrukkingen en gezegdes
DE: Dienst nach Vorschrift NL: stiptheidsactie
DE: was steht zu Diensten? NL: wat is er van uw dienst?