Vertalingen Blitz DE>NL
der Blitz
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [blɪʦ] |
Verbuigingen: | Blitzes , Blitze |
1) elektrische Entladung am Himmel bei einem Gewitter meteorologie -
bliksem , bliksemschicht vom Blitz getroffen werden - door de bliksem getroffen worden Im Nachbarhaus hat der Blitz eingeschlagen. - De bliksem is bij het huis van de buren ingeslagen. |
schnell wie der Blitz (=) - snel als een bliksemschicht
|
2) Blitzlicht -
flitser , flits © K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
der Blitz | de bliksem (m) ; de bliksemflits (m) ; de bliksemschicht (m) ; de bliksemslag (m) ; de flits (m) ; de flitser (m) ; snel beeld (znw.) ; de weerlicht (m) |
Blitz | bliksem ; bliksemstraal ; flits ; flitslichtlamp ; schittering |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.; SEG
Voorbeeldzinnen met `Blitz`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: BlitzstrahlDE: LichtsignalDE: LichtzeichenDE: SchlagDE: SchluckerDE: StrahlDE: WetterleuchtenUitdrukkingen en gezegdes
DE: potz
Blitz!
NL: bliksems!