Vertalingen Besserwisser DE>NL
der Besserwisser
zelfst.naamw.
| Uitspraak: | [ˈbɛsɐvɪsɐ] |
| Verbuigingen: | Besserwissers , Besserwisser |
die Besserwisserin
zelfst.naamw.
| Uitspraak: | [ˈbɛsɐvɪsərɪn] |
| Verbuigingen: | Besserwisserin , Besserwisserinnen |
jd, der glaubt, alles besser zu wissen und andere ständig belehrt -
betweter © K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| der Besserwisser | de beterweter ; de betweter (m) ; de weetal ; de wijsneus (m) |
Bronnen: interglot; Trueterm
Voorbeeldzinnen met `Besserwisser`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: naseweis