Vertalingen Angestellte DE>NL
Angestellte
zelfst.naamw. (masculine-feminine)
Uitspraak: | [ˈangəʃtɛltə] |
Verbuigingen: | Angestellten , Angestellten |
1) ein Angehöriger eines Betriebs -
beambte , werknemer Die Firma hat 45 Angestellte. - De firma heeft 45 werknemers. |
2) jd, der für ein festes monatliches Gehalt (meist im Büro) arbeitet -
ambtenaar Angestellte und Arbeiter - beamten en werknemers Die meisten Lehrer sind Beamte, aber manche sind auch Angestellte. - De meeste leerkrachten zijn ambtenaar, maar soms zijn het ook beamten. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
die Angestellte | de arbeider (m) ; arbeidskracht (c) ; de bediende ; de medewerker (m) |
der Angestellte | de employé (m) ; de geëmployeerde ; de kantoorbediende ; de klerk (m) ; de medewerkster (v) ; de werknemer (m) |
Angestellte | voorwaardelijk veroordeelde |
Bronnen: Wikipedia; interglot; Engoi Woordenschatoefeningen; Trueterm
Voorbeeldzinnen met `Angestellte`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: ArbeitnehmerDE: BüroangestellteDE: BürokraftDE: HandlungsgehilfeDE: kaufmännische AngestellteDE: MitarbeiterDE: MitarbeiterinDE: SchreiberDE: Schreibkraft