Vertaal
Naar andere talen: • sabbeln > ENsabbeln > ESsabbeln > NL
Vertalingen sabbeln DE>FR
sabbeln (ww.) bavarder (ww.) ; baver (ww.) ; bredouiller (ww.) ; caqueter (ww.) ; jacasser (ww.) ; papoter (ww.) ; parler dans le vide (ww.) ; rabâcher (ww.) ; radoter (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `sabbeln`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: geifern
DE: Sabbern