Vertaal
Naar andere talen: • grassieren > ENgrassieren > ESgrassieren > NL
Vertalingen grassieren DE>FR
grassieren (ww.) bouillonner (ww.) ; brailler (ww.) ; crier (ww.) ; faire rage (ww.) ; fulminer (ww.) ; gueuler (ww.) ; hurler (ww.) ; japper (ww.) ; mugir (ww.) ; tonner (ww.) ; tousser fort (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `grassieren`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: bellen
DE: donnern
DE: fegen
DE: hausen
DE: herausschreien
DE: heulen
DE: jagen
DE: johlen
DE: poltern
DE: rasen