Vertaal
Naar andere talen: • ausleeren > ENausleeren > FRausleeren > NL
Vertalingen ausleeren DE>ES
ausleeren (ww.) beberse (ww.) ; cagar (ww.) ; defecar (ww.) ; desocupar (ww.) ; despejar (ww.) ; jiñar (ww.) ; terminar
Bronnen: interglot; Wikipedia


Voorbeeldzinnen met `ausleeren`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: ausgießen
DE: ausheben
DE: auslaufen
DE: auspumpen
DE: ausrinnen
DE: ausschütten
DE: entleeren
DE: herausnehmen
DE: leer machen
DE: leeren