Synoniemen van aflopen

• aanbelanden
• aankomen
• aanlanden
• afgaan
• afleggen
• afreizen
• arriveren
• buigen
• doorgaan
• eindigen
• flauw hellend aflopend
• glooien
• hellen
• koers zetten naar
• omkomen
• ophouden
• overdrijven
• overgaan
• overhellen
• ratelen
• rondlopen
• ten einde lopen
• teneindelopen
• terechtkomen
• uitgaan
• uitlopen
• uitraken
• vergaan
• verlopen
• verstrijken
• vervallen
• vervoegen
• voorbijgaan
• weglopen
• zich begeven naar

Puzzelomschrijvingen van aflopen:

• Aanbelanden
• Aankomen
• Aanlanden
• Afdalen
• Afgaan
• Aflaten
• Afleggen
• Afreizen
• Afsjouwen
• Afzakken
• Arriveren
• Buigen
• Doorgaan
• Ebben
• Een einde nemen
• Einden
• Eindigen
• Eindigen zoals verwacht
• Expireren
• Glooien
• Hellen
• Het einde bereiken
• Naar het einde gaan
• Naar het einde toe gaan
• Nederkruipen
• Omkomen
• Omlaag hellen
• Ophouden
• Overdrijven
• Overgaan
• Overhellen
• Ratelen
• Rondlopen
• Schikken
• Spuien
• Ten slotte eindigen
• Teneinde lopen
• Terechtkomen
• Tot een einde komen
• Uitgaan
• Uitlopen
• Uitraken
• Vergaan
• Verlopen
• Verstrijken
• Vervallen
• Vervoegen
• Voorbijgaan
• Weglopen
• Zich begeven naar

Cryptische omschrijvingen van aflopen: