kamelerug terug trad terug hield terug vond terug zond terug deed terug reed terug draaide terug schroefde terug legde terug zegde terug bezorgde terug vraagde terug ploegde terug belde terug krabbelde terug schakelde terug koppelde terug haalde terug betaalde terug vertaalde terug spoelde terug speelde terug stroomde terug rekende terug verdiende terug bladerde terug vorderde terug luisterde terug stuurde terug vuurde terug voerde terug marcheerde terug keerde terug veerde terug deinsde terug reisde terug sluisde terug duwde terug gooide terug plooide terug vloeide terug snoeide terug leidde terug verlangde terug verwachtte terug pakte terug zakte terug blikte terug schrikte terug werkte terug boekte terug trapte terug schopte terug stortte terug wenste terug kaatste terug plaatste terug eiste terug groette terug | zette terug gaf terug dreef terug schreef terug zag terug vloog terug sloeg terug vroeg terug kreeg terug stak terug zonk terug schrok terug trok terug keek terug week terug viel terug nam terug kwam terug deden terug reden terug zegden terug zeiden terug kregen terug vlogen terug keken terug weken terug trokken terug wonnen terug grepen terug schrikten terug schoten terug floten terug gaven terug dreven terug schreven terug lazen terug wezen terug verwezen terug won terug wierp terug liep terug riep terug greep terug voer terug las terug wees terug verwees terug dacht terug bracht terug kocht terug vocht terug zocht terug schoot terug floot terug zei terug drong terug sprong terug ging terug hing terug ontving terug |