Ransts

Ransts wordt gesproken in Ranst. Ransts bevat 43 gezegden, 230 woorden en 0 opmerkingen. Alle woorden zijn toegevoegd door onze bezoekers.

PDFLog in

43 gezegden

a ge bouven zij bellen hetegen iemand die in zijn neus aan t' peuteren is
aave leste frak is er ene zonder zakkenbij uw overlijden krijg je geen goederen mee
amai, dad is door bouven ok gryerekeesiemand die vergeetachtig is
bakkes gekreteen klein beetje lekkers
bet de vis nogal?iemand die in zijn neus aan t' peuteren is
das nen flebbekakdie heeft een boontje voor
das zeker ne vertegenwoordiger van de Blauw Hand (azijnfabriek) iemand die zeer stuurs kijkt
de communisten zen er wermaandstonden hebben
de joeng zen uitgeleendjonge vogeltjes die voor het eerst uitvliegen
dië denkt ok dattem ne witte merel heeexhibionist
die hee achter de zekkaar gelopeniemand met een sproetengezicht
Dië heed ok een laakbiddersgezichtHij kijkt zeer somber
Die heur voeten steun ok in de loemer (schaduw) die heeft ook grote borsten
Die heure kop in e keldergat en der komt giejen kat mer binne.Wordt gezegd van een vrouw met een lelijk gezicht.
die is ok tejgen nen hoek van een ronde tofel gelopeniemand die zichtbaar zwanger is
dië sloogt alles in zaane goemmeriemand die alles eet
dië zan broek schuirt oeëkiemand die een windje laat
diej hee het vougelekeutje op zaane kop gatiemand met een verwonding in zijn gezicht
diej hee zen joeng opgefretman met snor en baard
diej hemme ze een biësje in heur oeër gezetzwangere vrouw waarvan de vader van het kind met de noorderzon verdwenen is
diën is me de troefel gevuijerddie heeft ook een grote mond (letterlijk)
dien is ok liever leuj dan muugiemand die niet graag werkt
diën is ok schiëf geloaiemand die dronken is
door go ok alliën mor de smoor deur de schouw boate, en dan is em nog gefilterdeen zéér gierig iemand
door is ok een hoeksken afiemand die een beetje minder begaafd is
door ist ok keeremisonderrok of voering die onder rok komt uitpiepen
emis afNijlenIemand afkomstig uit Nijlen
ga mut nog gon hoewe zejkeriemand die zijn broek heeft laten open staan
go is nor elle moeke, ze hee viskes gebakken in de koulschuptegen een kind dat men wil wegsturen
ha hee zaane perreplu toe gedaaniemand die gestorven is
he stopt is me aven achterklaptegen iemand die een windje laat
het zal afkrapsel van muggepeutjes zeneen mengeling waarvan men de samenstelling niet juist weet
hij gaat zijn petatten afgieteneen man die gaat urineren
klaan pottekes hemmen ok oërenals er kleine kinderen mee aan t' luisteren zijn
mo gij zé è kaa wijf ze mennekeJij bent me der eentje
stront wie hee maa geschejteniemand die uit de hoogte doet
tante Rous is oep bezuukmaandstonden hebben
this keeremis in de helgelijktijdig regen en zonneschijn
tis pertang woorhet is zeer zeker waar
wa ist valt ave kelder in?tegen iemand die een boertje laat
wadist goodde verhoazen, want aa hande zen al ingepaktiemand die met zijn handen in zijn broekzakken staat
zaan ién oog zeij ok foertvan iemand die scheel ziet
zan botte afdroahard werken

230 woorden

A

aangon / ik rijn al afvertrekken
aartenerwten
aaveuwe
afdroeëgenafdrogen
afdruegenafdrogen
afraasschuif af
alcaulalcohol
ambeteïrenplagen
ambrasruzie
ave leste frak hee gen zakkenbij uw dood krijgt ge geen aardse goederen mee

B

balkhaaskat
bessembezem
beuntjesboontjes
beustelborstel
blaffeturenrolluiken
blautblauw
bloosoatguimauve snoepjes
botermelkkarnemelk
bouter ba de viscontant betalen
broakuiten
brurrekebroertje
Bruuchem doerpBroechem dorp
bruurbroer

D

dadat
deemspeen (van uier)
den hemelhet baldakijn
den oulefantde olifant
die mut een medeulleke rondhangen oem huire vuirkant te kenneneen vrouw met zeer kleine borsten
doempdamp
doktaurdokter
dorebeesbraambes

E

eekenislies
eemeremmer
een palmenhouteneen statig heerschap
een road lichtroodharige
eeremarm
eervelarmvol
Emmelen deurepEmblem dorp
ene me een vleesklakkaalhoofdige man
eujeruier

F

fikfakkenspelend vechten
frennelsrafels
frutpotfriteuse
FruttePatat
fruttenfritten

G

gaffelneus
gatgehad
gattekletserpitteleer (pandjesjas)
geldbeusgeldbeurs
gesgras
geuj bouterechte boter
goemvlakgom
gritselbladrijf

H

hanglippruillip
hepshesp
hering of herekharing
heumhem
hoewehooi
hoomeshoogmis

I

ikkeik
int zak zetteniemand bedriegen

J

jeneveljenever
jerbeisaardbei

K

kakkejauchocomelk
katzjoerubber
keerbeustelsnor
keeremiskermis
keerkhofkerkhof
keeskaas
keirvelkervel
keneunevogelKanarie
keskers
keskespissermisdienaar
keujkoe
keutjeerhoophoop bladgrond
kjeeskaars
kleurekeskleurpotloden
kleuvenkloven in voeten
klisezjapzoethoutdrop
klisjenhoutzoethout
klounen of blokkenklompen
knoeselkruisbes of stekelbes
knoeselsenkels
knoeselsstekelbessen
knollekesradijsjes
koemkom
koemkoemmerkomkommer
kreuskekruisje
kroanoutkruidnoot
kuijbiljardkeu
kuijkoe
kwikkwauterwip

L

lefkeonderhemdje
lemmenaatlimonade
leuzehorloge
loemmertschaduw

M

maan leijmijn lende
maggerinmargarine
masjoefeljuffrouw (vermanend)
mastden
memet
medeullekemedallion
MennekeJongen of meisje
Meulderterre (meulderteir) Meikever
meurreggaar
meuzelskruimels
mijn braaimijn kuiten
moe, mama, mamoeder
moeërwaterketel
Moembakkescarnevalmasker
moembakkesmasker
Moizestronten, moizestrontjesHagelslag
mouzeputtekerioolputje
mugtemoeheid
muug zenmoe zijn
muurzakermier
muurzakersmieren

N

nautnoot
ne meuttevaars die nog niet gekalfd heeft
ne sjot geiveneen trap geven
ne stoemerikdom iemand
nen alkool stiftdikke viltstift
netzakboodschappentas
neuldnaald
neusdoekgrote tipsjaal
nondedjukestrikje (i.p.v.das)

O

oemelegoemwommelgem
oemellegoem deurpgemeente wommelgem
oemesimmers
oepneimvoddweil
ossebollekewinterkoninkje

P

paaienwortels van onkruid
parukpruik
patatfrutPatat
peerelparel
peewepswesp
peiëwortelen (groenten)
peijkeswortelen (groenten)
pelletaatHorloge
perrepluregenscherm
pesperzik
petaattenaardappelen
petatbloemaardappelzetmeel
petatfrut me mayonaisePatat met
petatteschelleraardappelmesje
piereverdrietmiezerig haar
piereverdriet of veerkeshoorsteil haar
pinneïgelegel
pisbloembloem van de paardebloem
pisdoekluier
pizjemapyama
pjeedpaard
pjeerestjeetpaardestaart
pjésoog, pjeerenoeigspiegelei
pjijtpaard
poddingpudding
puijerpoeder

R

rausroze
rebeerberrabarber
rinkring
roa beijzekerode aalbes
rotte frut of bakkersverdrietbroodpudding
rotte petaatsneeuwbal (snoepje met bloemsuiker)
rotzakvlaamse gaai (vogel)
rozaanrozijn

S

schampavie zenweg zijn
scheerschaar
schetsenschaatsen
scheuzenelenschorseneren
schoufzakknapzak voor boterhammen
seussedeken
sjarlotsjalot
sjoekeeclair
sloefpantoffel
slopsjaponnachtkleed
smoelgriesmeelpudding
smoelentrekkerszuur snoepjes
smoorrook
smossemoedwillig morsen of rommel maken
soakerraapaardenbloem
soeptriensoepterrinne
spaasspijs
spellekespelletje
spikkeloasspeculaas of speculoos
spineuzzespinazie
stinkerketaget of afrikaantje (bloem)
stjeetstaart
stoefferkepochetdoekje
suikerrijplant van de paardebloem
sutjénbeha

T

talloorbord
tantefeerkind dat nergens afblijft
tauterschommel
teerreftarwe
teigestroemaverechts
teïgestroemtegenovergestelde richting
tettenzotvrouwenzot
titsplatte strooien hoed
toebaktabak
toerttaart
toespelveiligheidsspeld
trizeijvergiet
trottenetstep
tutterfrutkauwgom
twalsereïplastieken tafelkleed

U

uilegoem deurpoelegem dorp

V

vergrezellenrillen
verketvork
verzichteg zenvoorzichtig zijn
veurduirvoordeur
veuschoatschort
vjeesvaars (runder)
vlauwfiets
voder, papa, pavader
vremmesvrouwmens
vroem goonterugkeren
vruumesvroegmis
vuirvoor

W

Waanegoem / peud'chemiseWijnegem
wittekejenever

Z

zekkaarbeerkar
zeujenkoken
ziémelapzeemvel
ziever in pakskesonzin
zjat koffetas koffie
zjenoffelanjer (bloem)
zjippekeszwarte dropjes
zoegzeug (vrouwelijk varken)
zuskezusje
zuur moefzuur gezicht