Diesters

Diesters bevat 174 gezegden, 670 woorden en 2 opmerkingen. Alle woorden zijn toegevoegd door onze bezoekers.

PDFLog in

174 gezegden

Afslaage; oep ze bakkes sloage; motte geve; en blauw oeëg sloage; van de roei geve, oep zenne smikkel slage, tege zen schene stampe; onder zijn hol stampe; afdruuëge; zijn hessens inslaageslaag geven
appele veur pijre verkoeëpe; em liggenemmeiemand iets aansmeren
as emet in zenne kop het dan etem et ni in zen gathij houdt er koppig aan vast
bende van kartoesjsamenzweerderige groep
Beuzze geeveHard werken
blaffeture afdoen (aflaten ) vensterluiken sluiten
Blafter mè er poewete vanafblijf er af
blèt e schofthuil een beetje
boel maken; ekketekke (kinderen), ambras moakeruziën
Broewet zoe ront as men kontEen rond brood
Bönke raazebaantje glijden op het ijs
da was oep het nipperke, da was moar zjustdat was nipt
Daan is mè ze gat in de boter gevalleIemand die iets goeds is overkomen
daan kan zen klak oept woater smaate en deronder springeover iemand die liegt en overdrijft
Daan kraagt kloewete lak es en stierLui persoon
dappele valle nie vijer van de boeëm; emetet van gin vremdehij gelijkt op zijn vader
das gieëne vettedat brengt niet veel op
das straffen toebakdat is sterk
Das van de boek zen kloeweteIets dat tegenvalt
das van men kloeëte (voete ) dat is balen
das zieëver in pakskesik geloof er niets van
De es ne oewel owet ze gat gevloogeGierig persoon die over de brug komt
de pieëte uit zenne neus halefel ondervragen
dië slopt worrem staet, daan slopt moedatem staot.hij slaapt waar hij staat
Dieë es zoe zot as tieleboës; dieën es van lotteke getikt; dieë es oep zenne kop gevalle; dieë es turrelut; dieë es ni goe bij ze verstand; zoe zot as en deur (vrouw ) Hij is gek
dieë et azijn gedroenkezure man
dieë hijt er gin oeëre noarhij wil er niet van weten
Dieë hijt ginne nagel oem ze gat te krabbe; dieë zit oep druuëg zoad, dieë moet krabbe oem er te koomeHij heeft geen geld
dieë wet van toete noch blazeHij weet van niets
dieën hijt et ok ni brieëdhij heeft weinig geld
dieën ijt hoar oep zen tande; das ne specioal, dië lot ni op zenen kop schijte (zitte ), tes ginne sumpelehet is geen gemakkelijke persoon
Dieënes in ze gat gebeeteHij is beledigd
dieje is ok nie deur ne haas gepoeptdie is ook niet de snelste
Doa kunder me er bloewet gat gon oepzitteBot mes
doa wil ich ok eens met mijne stek in keuterendaar wil ik met mijn stok in peuteren
doar es sjuseke nog ni geweest
Het gat van Pluto
afgelegen plaats
doar goan men hoare van regt stoan; da doen ich in men broek veurdaar ben ik bang voor
e bieke mee en hoemmelegateen meisje met een dik gat
e vlooke me dikke benkeskinderfietsje met dikke bandjes
een vlieg in men oeëg; e fluike van ne sentdat is gemakkelijk
eit tegoeieet deftig
em eet e perces gekrege veur tetteraahij heeft een bekeuring gekregen wegens overdreven snelheid
em es effekes weghij is even weg
em es zoe loemp as 't pejet van kristus; zoe loempas e verke; emes zoe loemp as het achterste van e pijëthij is erg dom
em et e ferm stuk in zenne kollee (frak; voete ) ; ij was stiepelzathij was goed dronken
emes direkt vroemhij is zo dadelijk terug
emet in zenen ijge vinger gesneeë; et zen eige de koord omgedoan; ij zit me de gebakke pijrehij heeft het aan zichzelf te danken
emet mieren in zen broekhij is ongedurig
emet ne druuëge lijverhij heeft altijd dorst
emmettem gevuugthij is braaf geweest
en kont oem hout oep te kappe; e dik gat; en dikke poepeen dik achterste
erre schuipke bijdoenoverdrijven
es zoe dik as e verekedikke man
et past gelijk en tang oep e verreke; da vloekt bijieënniet mooi samengaan
get et lijveke vastge hebt een gemakkelijk leven
Get hondert, tes goe hee; est goe; ichem er nij genoeg vanhet is genoeg geweest
gi groeët ligt; dieënijt et buskruiët (werm woater ) ok ni uiëtgevonde; was da veur nen oël; debieldommerik
gi wijr oem nen hont deur te jaage; hondewijrzeer slecht weer
godde vaneir; godder oepniefga je opnieuw
goeje schijr gedoangoede (rijke ) man gevonden
hande as schoepegrote handen
Hem stoat in zenne pontefikIeand die zijn beste pak aan heeft
Hem zwit gelak e meulepeejethard zweten
hij zal zenne kak na wel inhouenhij zal zich nu wel inhouden
hij zit met de gebakke pijre; dieën et zen eige de koort oemgedoan; emet in zenne eige vinger gesneeë; em zit oept schaphij zal met de gevolgen moeten leven
ich em oech gezienik heb u gezien
ich goan mich effekes afkappeik ga even slapen
ich hem hoog waterik moet dringend plassen
ich hem menne kezem getrokken (om de twee weken) ; ich hem getrokkeik heb mijn loon gekregen
ich mag da niik lust dat niet
ich zen de keuning te rijëkzeer tevreden zijn
ich zen verboeft, ich zen dempig gefrèt.ik heb van dit te veel gegeten
Ich zen voets, och een schuppesIk ben weg
ich zen zoe dik as e verke (en koei) ; ich zen dempegvolgegeten
ich zien er nogal menne pere meeik heb er nogal problemen mee
ichem deust, ichem en druuëge kijl, menne mond plektik heb dorst
ichem menne buiëk ervan vol ; ich gijf et oepik heb er genoeg van
ichem menne peere gezienik heb afgezien
iemand beklappenover iemand roddelen
iemant me zen kloeëte (voete ) spele, koejoneereiemand plagen
igem hukselik heb jeuk
Ij kan er me ze verstand ni bijhij kan het niet geloven
ij kent de trukken van de foeërhij kent er alles van
ij ligt onder de sloef; tes en oepnemvodhij heeft niets te zeggen
ij lot et brieëd hangegrote zwier maken
in de bak zitte; hij zit binne; hij zit vast; hij zit int gevangIn de gevangenis zitten
in de staminee zittenin de stamkroeg zitten
in en franse kolijre schietenplotseling kwaad maken
in hare prontefix; oeper sondoagsvrouw opgetut
In ze bloeët gat stoan.Voor schut staan
in zen broek schijte van de schrikzeer bang zijn
jung en (h) innekinderen en kiekens (niks als last)
justementjuist daarom
kan nogal iet verzettenveel kunnen drinken
kermis in delregen bij zonneschijn
kommandeert erre ont en bast zellefBevel geven dat niet wordt opgevolgd
kramikelek; kadukellek; krakkemik; oemvallens gerieëdniet stevig
Kust gij men kloeëte es, kust me gat esLaat me gerust
kweddele hemme; ni overieënkoome; boel hemmeruzie hebben
lewie hed een ferrem vetuur gekochtlouis heeft een mooie wagen gekocht
ligt nog in zenne nestslaapt nog
Loemp is ok vis mor de kop deugt niIemand die lomp overkomt
Loemp is vis mor de kop deugt niIemand die niet slim is
loept gelek e kieke zonder kopLoop maar wat rond
Maane bèèr groltIk heb honger
mag zen pollekes kussemag van geluk spreken
malchansgeen geluk
me gelt smijtegeld over de balk gooien
me mes en verket eetebeleefd eten
met de bieënentramte voet
moeider me eweigebemoei u niet
naa leet dië nog altaat in zenne nest (beddebak) nu ligt hij nog altijd in zijn bed
Ne Jan men kloeweteEen druktemaker
ne kemel schietefout maken
ne komejenschateriemand die naar de middelbare schhol van het gemeenschapsonderwijs gaat
ne scheut krijëgekind dat snel groeit
ne scheut krijgefel groeien (persoon)
ne vuielen truk gebruike; liggenemme; me zen kloeëte (voete ) spele; ne kloeët aftrekke; ieëne aftrekke, vals speelebeetnemen
ni goe bij zij verstand, da mankeert iets aan, ni honderd persent, achterlek, ni goe in zenen kop, bekke sumpel; debielgeestelijk gehandicapt
oeësthoe is het met u
Oep de met staan; de mette doenOp de markt verkopen
oep de poef lijveop krediet leven
oep de wilde boefzonder voorbereiding
Oep ze bakkes (ze gezicht; zenne smikkel ) gegoan, oep ze gat (zen achterste ) gevalle; eutgeschove; van den trap donderegevallen
Oep zenne kop zitteIemand sarren
Oep zenne nappel (smikkel; bakkes) krijge; motte krijgeslaag krijgen
op zenne kivif zijnoplettend zijn
schieëf bezien; lilek loere; schieëf beloerelelijk kijken
schoeë maskemooi meisje
stooke; alkool stookeclandestien alcohol maken
te griest gaandwars over terrein gaan
Te loemp veur doewet te doenlomp (dom)
tege zen shokedaze krageonder zijn voeten krijgen
tegoeizoals het moet
tes braa kouhet is vrij koud
tes gletteghet is glad
tes hoeweg taathet is hoog tijd
tes in de sacosjhet is afgelopen
tes tette windhet waait te fel
tes tog ginnen avanshet heeft geen om voort te doen
teste voël oem me en tang aan te raokezeer vuil
tkan me ni schillezit er niet mee in
tot noaste weikTot volgende week
trekt oep nikslelijk
uë kop er bijhouweconcentreren
uiët ze kot krijgeuitlokken
van den stoeme houe; den onnoezele uiëthangedoen alsof je neus bloedt
van het joar stillekes; uiët zjuzekes tijtzeer oud
van katoen geve; poejer geve; beuze geve; toekefel inspannen
van ne mug nen olifant moakeiets verergeren
van zijne sus goan; van zezeleve goan; van ze stokske valle; van zenne klot goanflauw vallen
Wa e köpke: spaatig da dat moet rotteEen slimme die wordt begraven
Wa stritselter deur de stroëkewat ruist er door het struikgewas
water in de kelderte korte pantalon
we gon voetswe gaan verder; we gaan weg
zemme em ligge; zemmenem me zen kloeëte; zemme em ieëne afgetrokke; zemme in zen roape gescheeteze hebben hem beetgenomen
zen oeëge stoan oep ze gat; dieë es blind zeker; et ne gestroeke brilhij merkt het niet
zenne frak droëoverlopen naar de tegenpartij
zennen tijt wuit kuitweinig levenstijd
Zes goe verzien van poeëte en oeëreeen mollige mooie vrouw
zes zoe dik as en koei; zoe dik as e kanon; en zoegdikke vrouw
zet e groeët balkon; ne groeëte kommesveur; goe verzien van poeëte en oeëre; groeëte koplampevrouw met grote borsten
zet van sintemedunkze denkt dat ze ziek is
ziet ni oët zen oeëge; dieënet gin oeëgelet niet op
zo grijs as en katgrijs haar
zoe kroem as en ak, zoe kroem as en houtzeer krom
zoe mager as ne graat, e skelet (geraamte) ; ne vinger dik; ge ziet em nië mieë loeëpe; zen broek loept allieën rondzeer mager
zoe schijl as nen otterzeer scheel
zoe zat as e verke; poepeloere zat; pimpelstomdronken
zoeë sterk as e pijjet (oolefant) ; en klieërkaszeer sterk
zoeë stoem as e verke; zoe stoem ast peët van cristus, Zoé loemp as e kiekezeer dom
zoeë ziek as nen hond zenzeer ziek zijn
Zoewe plat as en vaajegIets plat
Zoewe zot as tielebowes.Iemand die zot is.

670 woorden

'chgon mijne frak pakkeIk ga mijn jas nemen
't groewet hujet, Ujepelinghoofdeinde
't klaan hujetvoeteneinde

A

aanhouën, en affijre hemmevreemd gaan
aarbezeaardbeien
aareeieren
aaskaskoelkast
Aaskever, frigokoelkast
abajoerlampenkap
achtersteveur; andersoem; oemggedroëtomgekeerd
AfblottenLoskomen bovenlaag
afloeëpriolering
aftrekkerflessenopener
aftrekkervloerwisser
afwasvaatwas
afwasmachinvaatwasser
allerheiligebloemechrisanten
ambras verkoeëpemoeilijk doen
Ambriaashkoppeling (Auto)
ammuzoaseplezier
ampoelronde lamp
annekesnestwanorde
apendicitbindedarmontsteking
asenseurlift

B

baarchokbumpers
badderein het water spelen
bakkes; gezigt, smikkelgelaat
balansweegschaal
barrieëlslagboom
baskulgrote weegschaal
basseblaffen
bassengzinken waskuip
bavetslabbetje
bazaar; roemel; tuchel; kweddele; boecht; kammelotrommel (van slechte kwaliteit )
bazasrugzak
bazaswerkmanstas
bedeureve joenk; bebbeke, lebbekevoorgetrokken kind
beeleke; doedsbeelekedoodsprentje
beezejelaabessenconfituur
begaanebaotLibel
begoaëttoegetakeld
bekans; ternaabijna
Beke minder!Wees wat stiller!
berlengkipwagen; kolenwagen (op rails)
berrevoetsblootsvoets
beustelborstel
BeuzekeZakje
bieënhouwerslager
biekebij
bij de nonnekeszusterschool
bikkeeten
blafetuurluik
blaffetureluiken
blaffetuurvensterluik
blauleden van de liberale partij (PVV; Open VLD )
blauwestieënblauwe hardsteen
blijnblaar
blinkschoensmeer
bloërebladeren van boom
boeferberoepsmilitair
boekeebloemenruiker
boeksijringbakharing
boembardonbariton ( koperen blaasinstrument )
boemselboenwas
boengkesbonen
boesjiekaars
bohemers; barakkevolkzigeuners
bokesboterhammen
botsottokesbotsauto's
braggele; smossemorsen
brangelet; brasseletarmband
BratsUithuizig
brikèaansteker
brillekasbrillendoos
broebelhuidzwelling
broebeleonverstaanbaar spreken
bruiënleden van Vlaams Blok (Vlaams Belang )
bufstekbiefstuk

C

cachpoechjijr; salopetstofjas
cafeeproat verkoepe; ebekke zieëvereleuteren
Chakochhandtas
chansgeluk
charlotsjalot
chipkeskuikens
chipoteerenklungelen
choezelepatience spelen (kaartspel)
choffasj (fr : chaufage ) centrale verwarming
chottevoetballen
chozjedeken
ClementitteClematis
clingjateur; pinkerrichtingsaanwijzer
comisses doenboodschappen doen
crèmepap, crijmpudding
Crijmfrèsjroom
Crochteerehaken
currebig

D

daazerikdaasvlieg
de strot oversnijekelen
De zwetteIncivieken in de 2e wereldoorlog
dekkesdikwijls
dekolmoëjende middelbare school
demtepel
denateneeatheneum
deulleper; deurrepeldorpel
deurchassedoorspoelen
die van ons; mennen alve trouwboekmijn vrouw
diepe teloeërsoepbord
dievanie nijve (vrouw) dieëvanie neeve (man) naaste buur
dievanieover dieëvanieoveroverbuur
dikkenek; me zjaar oan ze gat, dieen hettet goe zitten; pretensieuze zot; stuk pretense; schetkont (vrouw) hovaardige
dikkoppekikkervisjes
doedsbriefoverlijdensbrief
doefharde duw
doefslag
doffer; doefferduiver
doktoor; doktorresarts
dondereonweren
drapperiesovergordijnen
drasjheftige regenbui
dreupelelicht regenen
droeëzeinspannen op het toilet
duivekotduiventil
duujn (Deurne) meulstee (Molenstede) ; kakkevin (kaggevinne ) ; schaffe; weubekom (webbekom ) fusiegemeenten Diest
duvelkesteekwagen
dweejes; dweies deudwars; dwarsdoor

E

e bieke me en oemmelegatDikke vrouw
e klekke sowekerEen klontje suiker
e koppel; die zen bij ieën; ze houen aaneen paar
ebikke; e klij bekkeeen beetje
een nonnepreutiemand die naar de nonnetjesschool gaat
eenerverenzenuwachtig maken
effekeseven
eivisibelkehaarspeld, schuivertje
eksteroeëglikdoorn
ellentrikelectriciteit
en uugske pinkeknipogen
engeend
ettekeserwten
ettekes en poekeserwten en worteltjes
ettekessoep me keuskeserwtensoep met croutons
Etteskeskop; nen ezel; ne boekigeKoppigaard

F

faarschijnwerper
ferm oepgezet; oep ijre prontefixopgedirkte vrouw
fernaasfornuis
fileedanversgerookt rundsvlees (rood)
filoe; ne lousjeheimelijke persoon
fleureslongontsteking
foeërkermis
foefelijr; filoeonbetrouwbaar persoon
fonografplatenspeler
frakjas
freinsremmen
frenerenremmen
frutkotfrituur

G

gaasgas
gaasvuurgasfornuis
gallopandraaimolen (met op en neergaande paarden)
galoche, bottinerubberen laarzen
gardeveldwachter
gasthuiëskliniek
gazetkrant
gebeste kopkopvlees
geiregraag
gekaptgehakt
gekaptgehakt (vlees)
gelakaszoals
gelettigglad
gelijg koerverharde plaats achter woning
gendarmrijkswachter
gėrnaatgarnalen
gesproke dagbladradionieuws
gestichtrusthuis
GetaffelGetreuzel
getuig; geriefgereedschap alaam
gezoje hespham
goanlopen
goei maniere; maniere hemme; braafbeleefd
goenstagwoensdag
grasmachingrasmaaier
Grasspierkegrassprietje
grellegerg
gremmelkeskruimeltjes
grezzelehuiveren
gritselhark
gruungroen
gruun koeke; kruitkoekepannenkoeken met reinvaren (diesterse pannenkoeken)
gruzzelgruis

H

haarzak doeën; hoarzakkevals spelen
Hakkelijr; broebelijrstotteraar
hanekullekesmeidoornbottels
Hem veigt er zen kloewete aon.Zijn best niet doen
hessenehersenen
hèttefrètterpessimist
hoeëg zomermidden zomer
hoellesteenkolen
hoellebakkolenkit
hoesjtehoesten
hofachtertuin
hosjke; gemak; sjas; koer; koerketoilet
huëre; hoeërehoren
HujeftigHevig
hukseljeuk
hukselen, huksel hemmejeuken
humhemd
humaniteitehumaniora
hut en haarher en der

I

Ichem koppijn oem te bijsteIk heb felle hoofdpijn
ieëmeremmer
ieveranstergens
ig em; gij het; em et; waale hemme; gaale het; zaale hemmeik heb; jij hebt, hij heeft, wij hebben; jullie hebben; zij hebben
ig, gaa, hem, waale, gaale, zaale, diëik, jij, hij, wij, jullie, zij, die
ijzerwegspoorweg
impassantondertussen
in zenne bloeëte; in zenne pure; in zenne flikkernaakt
int putteke van de wintermidden winter

J

jimnastikturnen
jozemienejasmijnbloemen
juffrouw, juf , schoolmesteslerares
jung; joengkinderen
juusjrechter

K

kabasboodschappentas
kabasschooltas
kabberdoeschkebordeel
kaberdoechkebordeel
kadodders, tsjeeveleden van de katholieke partij (CD & V )
kadoogeschenk
kakkedoorenachtstoel
kakkestoelkinderstoel
kant, trotwaarstoep
kapstekkapstok
kaske (doesjke) van den televiezeafstandsbediening
kasrol; kastrolkookpot
Katoewegreflector op fiets
kazekeingilet
KazzekeikkeTrui met knopen bij vrouwen
kazzekij; golf; vareuspull met knopen
kèëskaars
keeskaas
kelenhard roepen
keleverkervel
kernijn; kenijnkonijn
KernujekOndeugende vrouw
kernujek; portretdeugniet (meisje)
kerrekesvolk; strokkesvolk; basklas; barrakkevolk; bohemersgemeen volk
KessemisKerstmis
keulbonenkruid
keutoog
keutsekoorts
kieës kriekkers
kief - jsweincannabis
kiekekip
kiekebilkippenbil
kikveus, veuskikker
kinderozjekinderachtigheid
kindervwatuur, koets; charretkinderwagen
kinnekes koeëpebevallen
kinnekeskakdoopsuiker
klakpet
kledderboenkesprinsesseboontjes
kleiroeëgveldsla
kleiroogveldsla
kletskopkaalkop
klieëdjurk
klinkdeurkruk
kloefe blokkeklompen
knebbekevijf centiem
koche; oepblinkepoetsen
kodak apparijfototoestel
koeër, koor; zieël koottouw
koejonere; den duuvel aandoenplagen; pesten
koekebakkepannenkoeken
koekekroët; rijvoatreinvaren
koerspeelplaats
koerpbocht
koersottoraceauto
koetekepeuk
koeters. jungjonge kinderen
kolieke hemmebuikpijn
kollekekraag
komejenmiddelbare school
Koppijn oem te besteFelle hoofdpijn
kornisjkroonlijst
krapulgemene man
kremmeke; crijm; crijmgelasijsje
kriezelhinnekekrielkip
kroem - schiejefkrom
krokkebaaze; mirtilleblauwe bosbessen
kronselestekelbes
kruiëkraaien
Kuëlkapper; kloefkapper; strontraper achter den trijënnietsnut
kuujelkool (groente)
kwatchonzin
kwoakeKwartje

L

lafkeonderhemd
lameer; zaag; tetterbabbelzieke vrouw
lameere of tetterenpraten
lamenteereklagen
lampedeirstaanlamp
lange broekpantalon
lange stieëwegkoning albertstraat
lange tong; vuil tong; tangkwatong
lekstokzuurstok
lemmeblonde vrouw met krullen
LemmeSchaap
lezebidden
liefvriendin of vriend
liejefleeuw
Ligge nemme; onder zen duiëve schiete; in zen raape schijtebeetnemen
ligzetelsofa
lijrzeemvel
lits; lisleiband
loeëperennen
loeëpe (3x) de gardevil es doa (2x) (alles opnieuw) kinderliedje
loerekijken
loesjverdacht
lossenhuétzweer; koppijnmigraine
luibe; lemmeke; labbekakgoedzak
lulazergsm
lulazermobiele telefoon
lusterkroonluchter

M

maasemeid
macadamasfaltweg
machin van den treinlocomotief
maffen in ze bed liggeslapen
makkeraotkammeraad
mankepoeëtkreupele
maskemeisje
matras, maske van plezierprostituee
mazoetstookolie
mèëtmaart
mellegersknikkers
messentrekkermessenvechter
mesthoeëpmestvaalt
metmarkt
metmanmarktkramer
meuttekalf
michmij
mierzijkesmieren
Mijneige, UreigeJezelf, uzelf
mik; krentemikkrentenbrood
misenpliwatergolf
misterleraar
moederhoësafdeling gynaecologie
moeërwaterketel
moemebakkesmasker
moenkeklieren
moewe?waar?
mojndag, daastag, goenstag, donderdag, vraadag, zaouterdag, zondagmaandag, dinsdag, woensdag, donderdag, vrijdag, zaterdag, zondag
montcharsjmateriaallift
moosmodder
moosputtekerioleringsputje
motosiklet; motsekletmoto
motseklet me en saaitkaarmoto met zijspan
muizengezichtscherp gelaat
murkemuurtje
muug; poempaf, oepmoe

N

naagelspijker
naftpoempbenzinestation
ne klijne willekinderwens
ne lemmeEen schaap
nen dowekerwaterslikker (in de goot)
neonlichtTL lamp
nestelveter
neustrik
neurastenikzenuwziek
niefnieuw
nieverans; nieverans ninergens
nijve; neffenaast
nivowaterpastoestel
noagelbuiëknavel
noenkeloom
nondedjuëke; strikskevlinderdas
nuirk, pinnekedungierigaard

O

oasemeademen
Och zien ne mieë uiët men oeëge van den hoenger; ich val oem van den hoengerIk heb grote honger
oechu
oegmisteroogarts
oep de poef koeëpeop krediet kopen
oep zwier goan; oep radoei goanuitgaan
oepgoan van de zondageraad
oepnemvoddweil
onderemuitbijdehand
ons maa; ons moemijn moeder
Ons va, onze pa, onze peemijn vader
ooparleurluidspreker
orlojeuurwerk
ouw joenge dochteroude vrijgezellin
ouw mee; ouw doeës; ouw meekeoude vrouw
overdabbede bovenhand nemen
overgeve; spauwebraken

P

Paazedenken
pagadder menneke joengskejongetje
pagadder; menneke, snotneus, snotaap, koeterkleine jongen
pampiljottelange krullen
pardesuuoverjas
pasvitdraaizeef
patattenparochieO.L.Vrouwparochie
pateekegebakje
peekeoude man
peekeshoësrusthuis
peezeweverkankeraar
peiripswesp
pèjetpaard
peloes; grasgazon
pengwaaravondjas
perforsabsoluut; zekerlijk
pertangnochtans
petataardappel
Petatteaardappelen
petekkesvloaëdiesterse vla
Petojse (van het Frans PotageAllegaartje
PetsoewegSpegelei
pètsoewegspiegelei
pieëtregenworm
piejezeperziken
pierewit zijn; ni honderd persent zijn; van zen verstand afbeetje gestoord (verstand)
pijdemeuledraaimolen
pijperkoekontbijtkoek
Pikke; schamoteerestelen
pimpelvlinder
pinnekesdroadprikkeldraad
pinte pakke; zoëpe; heffepintjes drinken
pisbloempaardenbloem
pispotpo
Pissen, Zeiken; em uitlaateurineren
pistoleebroodje
pitserdrukknoop
plastikke beusplastiek zak
platte kijskwark
platte talloeêrplat bord
platte wust; zieëverijr; nen kust men kloeëteflauwerik
plavijze, plavijëtegels
plekkerplakker
pleklintkleefband
Pleuddermodder
ploaëmuurplaat (van een dak)
PoechelRug
poefzitzak
poejerbuskruit
poeljonge kip
poembakafwastafel
poesj proëm; foefvagina
polis; gardevilpolitieagent
pollekes, hengkeshandjes
polleviesvoeten
pompiersbrandweer
poorprei
pootpoort
portbagasjpakkendrager (auto)
posturkebeeldje
prakezerendubben
pranilpraline
Prengelensmeken
pries fichestekker
prijkeleusgevaarlijk
prizekantmeikever
prizon, bakgevang
prooperschoon
protstokken; schorsenelenschorseneren
protte; schete laatewinden laten
pulleferekaskalfsfricassé
pulleferrekas; poelferkaskalfsfricassé
punijsduimspijker
purperpaars
put; koolputkoolmijn
puttekeafvoerputje

R

regels hebbeongesteld
ReinvaotBoerenwormkruid : voor Diesterse kruidkoek
Retenuna school blijven
rezoneere, palaverendiscuteren
riepedebie; foetsie; poerre; schampevieweg (heen )
rijboeëm; rijbalkgording
rijgeleregenen
rijnvoat; koekekruitboerenwormkruid
rijspaprijstpap
Rink aaneenVoortdurend
Rink oan iejenVoordurend
roeë keutseroodvonk
roeë ligteverkeerslichten
roeffeterugtrekken
roewedrood
rosjewrijven
rosseroodharige
rupsrupsbaan (op kermis)
rutepetuuhals over kop, spoorslags

S

schapkast
schapkeukenkast
schellekesneetje (kaas)
schijldeksel
schijresliepscharenslijper
schoeë maske; schoeë joenkmooi meisje
Schoeë vlomsalgemeen nederlands
schoeënmooi
schoeëne joeng, schoe mennekemooie jongen
schoepgrote schop
schofferdaaneschaatsen
scholstuk ijs
schotelvodvaatdoek
Schoweflade
schraminkelmagere vrouw
schramoelleasse
schrieëve blijtewenen
SchuffelGierige profiteur
Schupschop
schuurke ; kot, schopbijgebouw
sebiet, seweszo dadelijk
serpent; schabbernak; teef; krapulgemene vrouw
shoekeeclair
sjoepapventiel
skamoteur; tovenijrgoochelaar
slagoutlatei
slamkolenstof
sloeër; trees, treezebeesgoedgelovige vrouw
sloefenpantoffels
sloekerslokop
SmekkenSmakken
smoelgriesmeelpap
SmokkelbroekPofbroek
smoreroken
smoutebollekotsmoutebollenkraam
snelzijkervrouwenonderbroek met opening onderaan
sniejefsneeuw
Snotvod; neusdoek; tesneusdoekZakdoek
Sosse; roeëleden van de socialistische partij (SP.A)
sossemieneseringen
spaasmoes
sparadraKleefpleister
spelwasknijper naald
SpettelenSpartelen
spinnekopspin
spirkerietje (om mee te drinken)
spirkesprietje
spuiëspade
stekskelucifer
stieëwegkasseiweg
stiepelzat; poepeloere zatstomdronken
stinkpateekes, stinkvoetezweetvoeten
stoargordijn
stoeëtkaarstootkar
stoefepochen
stoemerik; ezel, uil; kinkeldommerik
Stoemphutsepot
stoërrolgordijn
Stoofkachel
Straakestrijken
strikazersbreipriemen
strikkebreien
stroathondbastaardhond
stroeëdeurp; tweelbroek; hamelwijken van Diest
stroëk; bosjt; huchtestruik
stroewen deurpZeven Weënstraat
Strunkelestruikelen
stuurschommel
sunlichtzieëpsunlight zeep
swistoezichter in de kerk

T

t schijt ; et plat schijt; afgangdiarree
tablétvensterbank
taffeleniet voortmaken treuzelen
tajeur (fr: tailleur ) mantelpak
taloeërbord
talonschoenhak
tantisttandarts
tapeseerpapierbehangpapier
tapiplainvast tapijt
tchoektchoekstraatventer
tefrentverschillend
teleferikkabellift
telefontelefoon
ternaadaarna
tès; binnetes; bovetesjaszak
teurestbij haar thuis
TezeinestBij hem thuis
tezjustdaarnet
tezzennestbij hem thuis
TheurestBij haar thuis
tijrlingedobbelstenen
tijstogsdinsdags
toafelpoewettafelpoot
toebaktabak
toegevrozedicht gevroren
toerestbij u thuis
toernevisschroevendraaier
toespèlveiligheidsspeld
tonzentbij mij thuis
tonzentbij ons thuis, bij mij thuis
TonzetBij ons thuis
towesthuis
transparant; muggezifthor
troepleger
trottinetautoped, step
trotwaar; kantvoetpad
trutbekrompen burgersvrouw
Tuf Ziejever sabberspeeksel
tuffe; spieëkespeekselen
TullestBij jullie thuis
tuttefrutkauwgom
tutteke; tutterfopspeen
tuttere; lebberezuigen
tuujete; teppe; metteko; kuëlkapper; kloefkapper.paljas; debielonnozelaar
tuulestbij u thuis
twieëlbroek (gebied tussen de vroegere twee armen van de demerMichel Theysstraat

V

vantijtsoms
vapeursopvliegers
varisseaderspatten
vègershuujètragebol
Véjerver
verdistruwere, naa de voangkes helpestuk maken
verkètvork
verkroppenniet kunnen uiten
verlebbertverschrompeld
vernietgratis
verrumpeld; verknebbeld; verlept, verlebberdverrimpeld
vessemhiel
vessemehielen
vettegaardvuile man
vettige; voël teef; voël doeësvuile vrouw
veugelkevogeltje
veulveel
Veul e wègDikwijls
veurwawaarom
veusschoeëtschort
VeussebilleKikkerbillen
vinstervenster
visbakaquarium
viswijfroddeltante
vloë, toet, toetvloëtaart
vloeëvlo
vluegelmojer, nondejuu; strikskestrikje
voddemanopkoper oud ijzer
voëlkaarvuilniswagen
voetballistvoetballer
volk hemmmebezoek hebben
vollé; blaffetuur; persiënrolluik
vosse; maneuvers moakegeslachtsgemeenschap
vroemterug
vrouwetoengensanseveria
vrouwezot; wijvezotvrouwengek

W

waasem; doemp; mistwaterdamp
watte; wa; wa zegdewablief
wenke; washenke; henkewashandje
weulle kousekeslabonen
weust me poeëtestoempworst met wortelpuree
wezzel: verwezzeldwarboel
wezzelenwriemelen
wijrligtbliksem
winkeldochterverkoopster
witte brigade; de witteverzet in 2e wereldoorlog
witte penswitte worst

Z

zaivergiet
zat, stiepel; stiepelzatdronken
zauwgoot (naast voetpad)
zebedeeësschuchtere persoon
zen schup afkuisjeopgeven; weggaan
zen voete oanvijgeniet inspannen
zes vant stroat afzij heeft een man gevonden
zichelkorte zeis
zieërpijn
zieëveremotregenen
zieëvere: zaage; z eikezeuren
zieëverijr, pezewever, zagerzeurder
zieëvertrien; zaagzeurkous
zienboës; jumelverrekijker
zijke; pisse; em uiëtlaate; pattatte afgieteplassen
zileeonderjas
zjattas
zoegzeug
Zoer MoefZuurpruim
zwétzwart
zwette pensbloedworst
zwosjzwoerd

2 opmerkingen

  1. Gildebier vroeger in diest gebrouwen en gedronken op de jaarlijkse gildefeesten.Wordt nu elders gebrouwen. In Diest nog geschonken.
  2. kinderliedje bij ommegang avond voor allerheiligen in de straten rond de allerheiligenkapel (tot ca 1960)
    ze hebben uitgesneden bieten met daarin een kaars. Moeders bakten pannekoeken bij thuiskomst :
    mieke is ant koekebakke, janneke is ant eite (steeds herhald) .

    kinderliedje :
    loeëpe loeëpe loeëpe de gardevil es doa de gardevil es doa de gardevil is doa; loeëpe loeëpe loeëpe; de gardevil es doa; de gardevil es doa