Bolserters

Bolserters bevat 19 gezegden, 196 woorden en 3 opmerkingen. Alle woorden zijn toegevoegd door onze bezoekers.

PDFLog in

19 gezegden

'Alles wat uut Bolsert komt, suupt.''Alles wat uit Bolsward komt, zuipt.' Blijkbaar hebben Bolswarders de naam dat ze veel en of vaak drinken.
fyne streekjesvuile, achterbakse streken
Hij het de houten overal aan.Hij is overleden.
Hij het een flinke stuiter.Hij is redelijk bezopen.
Hij het Mukkes siën.Hij heeft te diep in het glaasje gekeken.
Hij het se achter de ellebogen.'Hij heeft ze achter de ellebogen.' Een onbetrouwbaar, stiekem persoon.
Hij het syn nocht.Hij heeft geen zin meer.
Hij is as een uule.Hij is vreselijk dronken.
Hij is dronken.Hij het een dikkeniën.
Hij is wat rimpen.Hij is wat geïrriteerd.
Jonge, ga in je hannen poepe en ballen make.'Jongen, ga in jouw handen poepen en ballen maken.' Als een kind zich verveeld en klaagt bij vader of moeder.
Min op 'e beulichZich niet helemaal lekker voelend. Niet fit.
Must dyn freet houwe!Je moet je bek houden!
Op 'e kakkenoëneOp de kop, andersom. De oorsprong ligt bij het spelen met de tol (top in ut Bolserters). Als de tol door een handigheidje op zijn kop terecht kwam.
Over ut mot kommeAls iets je overrompelt.
Se het 'm om.Zij is een beetje dronken.
Sij is toetalalie.Zij is enorm dronken.
swetse en swerezwetsen en vloeken
Ut liekt de ouwe Sik wel.Als iemand puffend en met moeite iets bewerkstelligt

196 woorden

A

apenuutappennoot
asenstraks
askepôlle of pôllevuilstortplaats
avendavond
awesereopschieten

B

babbelegoechjesfratsen
bargebieten.ruzie, heibel, problemen, gedonder. Dêr komt bargebieten fan.' Iets wat nog leuk begint, maar waarvan duidelijk is dat het waarschijnlijk in ruzie eindigt.
bêdbed
berchberg
bêstgoed
beulichlichaam
binne- bin - weestzijn - ben - geweest
boatsybootje
boatsy of boatsyluibootjesvolk. Meestal denigrerende term voor minder aan de maatschappij aangepaste mensen. Schorriemorrie of tokkie.
boembakkergrote knikker
Bolserter ketierke'Bolswarder kwartiertje.' Een in Bolsward algemeen geaccepteerde hoeveelheid tijd die je bij officieuze afspraken te laat mag komen.
braanbrand
broadbrood
bruchbrug
búsebroekzak
busgroëntsybloes
butter / boaterboter
buukbuik
buüsbuis

D

delneer
dêrdaar
dêromdaarom
Dij. Gaane we bij dij een potsy bier drinke? (Gaan we bij jou een biertje drinken?)Jou
dinke - dink - dochtdenken- denk - gedacht
dînsdachdinsdag
dojij (mannelijk)
do leistjij ligt
doëne - deden - deendoen - deden - gedaan
donderdachdonderdag
dynjouw (mannelijk)

E

een fyneEen niet katholiek persoon, maar wel gelovig (scheldwoord)
elkeniëniedereen
ercherg
evaluasyevaluatie

F

fadervader
fekaansyvakantie
ferdivedaasyontspanning
fergeesgratis, voor niets
ferlet fanbehoefte aan
fersakeniet nakomen, ontrouw
fersakeverzuimen, niet nakomen, iets niet doen terwijl het wel moet.
ferstaanverstand
feugelvogel
feulveel
floathittepetit, een assertief, vrolijk, beetje prettig gestoord meisje, of jonge vrouw
foetbalvoetbal
freetbek, mond
frijdachvrijdag
froutsyvrouwtje
fulekaaniemand die fel kan reageren.
fut en daliksMeteen, vlot, snel
fyneRooms Katholiek scheldwoord voor iedereen die gereformeerd, hervormd of protestant is.

G

gaane jouga jij (vrouwelijk)
gaastoga jij (mannelijk)
garaansygarantie
gedoënte. Hij kreech wat gedoënte met hur.beginstadium van verkering, kennis aan
gefaarlukgevaarlijk
gefoëlgefoel
goeiehallo. Een begroeting.
griëmeknoeien, morsen
groatgroot
guulehuilen

H

haanhand
hakketoantsyfoetbalvoetbal met (te) veel frivoliteiten
haljetrawaljehalsoverkop
harréhallo of hoi. Uit Bolsward afkomstige groet.
hasseshoofd / kop
hestoheb jij (mannelijk)
hevichprachtig, machtig mooi, te gek
hewwe - hef - hadhebben - heb - gehad
hewwe jouheb jij (vrouwelijk)
honhond
húskehuisje
huultsyvelletje van een apennoot, pinda
huushuis

I

ik suu, do suustik zou, jij zou

J

jim. Jim kat skyt bij mij in de tuun (Jullie kat schijt bij mij in de tuin).jullie
jonkjejongetje
joujij (vrouwelijk)
jouwjouw (vrouwelijk)
juustcorrect, juist

K

katte-oochdoorzichtige glazen knikker
keeskaas
keetlellekattenkwaad, ouwehoeren, pret beleven
kienkind
kinne - kinden - kindkennen - kenden - gekend
kinne - konden - kinnenkunnen - konden - gekund
kloatsakklootzak
knibbelknie
kouwe Harrybiertje
krij-antikkertje
krije - kregen - kregenkrijgen - kregen - gekregen
krimmenerezeuren, klagen, jammeren
kroechkroeg

L

leasuslaarzen
lêgge - lêg - leitliggen - lig - gelegen
leiden - leilagen - lag

M

maandachmaandag
makkelukmakkelijk
mantsymannetje
meensenmensen
meiskemeisje
miëgezeiken
moekemoeder
muselsmazelen
múskemuisje
Mut naar de pleeMoet naar de wc
mutte - mut - muttenmoeten - moet - gemoeten
muusmuis
mynmijn

N

naar de barrebiesjeskapot, eraan gaan, naar de kloten
negoasyHandel, handelswaar.
nocht. Hij het er nocht in.zin. Hij heeft er zin in.
nusjeeen aantal, een paar, een onbepaalde hoeveelheid
nuuvervreemd
nuüd. Hij is wat nuüd. Maar sij is heulemaal een nuüten iën.vreemd, raar, merkwaardig

O

oalykoekoliebol, scheldwoord voor een Bolswarder persoon.
oansons
Oates en toatesVaak, heel vaak
OmskaaieVerveeld rondscharrelen
op skuulachter de hand
opsternaatopstandig, recalcitrant

P

pielkebuüspijltjesbuis. Een van pvc gemaakte buis om van papier in elkaar gedraaide pijltjes weg te schieten door middel van een korte, ferme blaasstoot op de buis.
Poer. Bijvoorbeeld: poerbêst of poermin. Ik foël my poerbêst (Ik voel me heel erg goed). Die nije boat befalt my poermin (Die nieuwe boot bevalt me heel erg slecht).Heel erg ...
pôllevuilnisstortplaats
pongbeurs, portemonnee
postbrug
potsy bierglaasje bier
PrakkiseareNadenken, diep nadenken, peinzen.
pylkpijl
pyn, pynepijn
pynehasseshoofdpijn

R

roomse paapscheldwoord voor een rooms katholiek persoon.
rugele. De kerstboom rugelt na een paar weken.uitvallen. De Kerstboom valt na een paar weken uit.

S

saanzand
saturdachzaterdag
saves's avonds
se / sijze / zij
seezee
selliegezellig
seumerzomer
seun / soanzoon
siël1 ziel. 2 meelijwekkend, zielig persoon
siene - sach - siënzien - zag - gezien
skaapschaap
skamibamischaamte
skoalschool
skoënschoen
skotskedribbelerennen over ijsschotsen
skriëmerhuilebalk
skruutelVerlegen, beetje angstig
skuuleschuilen
skuurschuur
snotbongel1 snotneus, snotjongen, kleine kwajongen die niets in te brengen heeft. 2 Zichtbaar semi vloeibaar stuk snot hangend aan de neus. Zoals vaak bij peuters.
soatsyzootje of zooitje
sooi1 Nauwe ruimte tussen twee huizen. 2 zooi, ouwe bende
Spaanse knikkerwitte stenen knikker met gekleurde versiering
stadsystadje
straanstrand
stronstront
zo
sù'nzo'n
sùdatzodat
sùfeulzoveel
sùndachzondag
SuntemattenSint Maarten
suuden - suuzouden - zou
suukersuiker
suupe - suup - sopenzuipen - zuip - gezopen
suurtsy of suutermietje (scheldwoord)
suuterichschamel, schraal, verlept, bekaaid, sjofel
suuvelstudent aan de zuivelschool
suuvelskoalZuivelschool. Hogere en middelbare school voor levensmiddelentechnologie.
swerevloeken
swetsezwetsen

T

taai iizeMet een rijtje jongens op over golvend ijs rennen.
thuuspyneheimwee
toptol. Kinderspel op straat uit vroegere tijden.
toppe. Sille we op straat toppetollen. Zullen we op straat tollen
trabbeljoetskesleuke, charmante schoentjes

U

uthet
uutuit

W

weest welweet je wel. Als nauwelijks iets toevoegend zinnetje achter de hoofdzin.
weromterug
wêromwaarom
wiidwijd
wiifwijf
wille - wuuden- willenwillen - wilden - gewild
wille jouwil jij (vrouwelijk)
woënsdachwoensdag
wuustowil jij (mannelijk)

3 opmerkingen

  1. Als er jij of je achter een werkwoord komt, worden de woorden samengevoegd.
    'Kun jij' wordt 'Kisto'.
    'Ga jij' wordt 'Gaasto'.
  2. Een zooi. In Bolsward heet de smalle ruimte tussen twee huizen een zooi. Kapotte dakpannen en andersoortige rommel bleef in de zooi liggen en kon niet makkelijk verwijderd worden. Een rommeltje dus. Daar komt dan ook het Nederlandse woord 'zooitje' vandaan.
  3. Huuske To Let. Het huisje waar je 's nachts nog kon verblijven als je niet op tijd binnen de Bolswarder poort was.
    Om 21.50 uur klonk het Klokje van Gehoorzaamheid tien minuten lang totdat de poort om 22.00 uur dichtging.
    Het Huske To let stond op precies tien minuten lopen van de stadspoort.