Beverloos

Beverloos wordt gesproken in Beverlo. Beverloos bevat 14 gezegden, 33 woorden en 2 opmerkingen. Alle woorden zijn toegevoegd door onze bezoekers.

PDFLog in

14 gezegden

Da bleft zjust zoe lank ast briejed is.Er verandert niks aan.
Das nog te slegtt vur innen ezel zen oewer te giete!Dat is niet lekker!
Doa is nen hoek afEr scheelt iets aan zijn / haar bovenkamer
Ge zet nie zjust jong.Je bent gek.
hij is nog te lillek om tusse de ette te zetteHij is nog te lelijk om als vogelverschrikker te dienen.
Hij is zoe zot as een achterdeur.Hij is gek.
Ig gon het gras afrije.Ik ga het gras maaien.
Ig gon men hoar loate snije.Ik ga naar de kapper.
Ig hem ginnen ezel dieje geld schet zenneIk heb niet zoveel geld hoor!
Ig hem tenacht gin oewg toe gedoanIk heb vannacht amper geslapen
Ig krijg doa zenewe van.Ik word er nerveus van.
Is dieje mi zenne crémegelas al deurIs de ijsventer al voorbij
Ozze Pa werkte vruuger inne put.Mijn vader werkte vroeger in de koolmijn
We goan ne créme ete.We gaan een ijsje eten.

33 woorden

A

aadoud
aaiei

B

baanbouwen
BjaevelBeverlo
Bjevel kermesKermis in Beverlo
braverbrouwer

E

een suureen schommel
een verketeen vork
Een vreus strikke.Een trui breien.
een zjat kaffieeen kopje koffie

G

gelettigglad

H

haajheide

I

ich (haelaba! Ich ham al twieë kieëre oep oech geroepe.) ik

J

jast / jèst (doet jast de vinster is tow-doe eerst de venster eens toe) eerst
joorjaar
joorejaren

K

KosjpelKorspel
kroan, kroankekraan, kraantje
kuuleschaojschaduw

L

laanklang
linge (unner dieën aekeboeëm linge veul jokkels) liggen

M

mich (I Bjaevel / Kosjpel vúl ich mich goed) mij
muj / muug (mè bruur war muj) moe

O

oechu
oeruw
oereuwe
oeverlooseindeloos
oochook

T

TutterfrutKauwgom

V

villoFiets

W

waajweide
wasse (da bumke zal 't doo kood hamme vur te wasse) groeien

Z

zènge (we zè, ge 't ni-j) zeggen

2 opmerkingen

  1. De gebruikte spelling hier is voor een gedeelte de Veldeke spelling.
  2. Het Bjaevels (dialect van Beverlo) werd vroeger gesproken in Beverlo, Korspel, Heppen en Leopoldsburg. In Leopoldsburg kon het Bjaevels zich niet handhaven na de oprichting van het militair kamp in 1835. Eerst volgde er een zekere ver-Fransing waarna er militairen en handelaars van over heel België zich er vestigden. Het laatste Bjaevels en hiermee het laatste Limburgs verdween in Leopoldsburg tussen begin vorige eeuw een midden vorige eeuw. Ook in Heppen staat de Heppense variant van het Bjaevels sterk onder druk. In Heppen is het Heppens nog niet helemaal verdwenen maar staat er sterk onder druk van een door Leopoldsburg beïnvloede tussentaal die in niets nog Limburgs is. In Beverlo en Korspel hoor je ook steeds minder echt Bjaevels en is de situatie vergelijkbaar met Heppen doch misschien in een iets mindere graad. De dialecten (het Bjaevels) van Beverlo, Korspel en Heppen rekend men binnen het West-Limburgs tot het Beringerlands. Leopoldsburg rekend men tot de Brabantse dialecten, onderverdeling Noorderkempens. Van het dialect van Beverlo bestaat er een uitgebreid woordenboek en een supplement geschreven door Louis Vandermeeren. Voor dit woordenboek heeft L. Vandermeeren ook een eigen spelling ontwikkeld. Door dit woordenboek hebben mensen uit Beverlo, Korspel en Heppen iets om op terug te vallen en kunnen mensen die willen weten hoe men ooit in Leopldsburg sprak zich hier een beeld van vormen.