Bathmens

Bathmens bevat 6 gezegden, 194 woorden en 0 opmerkingen. Alle woorden zijn toegevoegd door onze bezoekers.

PDFLog in

6 gezegden

dan hej 't schoap an 't driet'ndan heb je de poppen aan het dansen
de geite verzett' nplassen
den hef de goed wies kepotdie is gek
des netprecies, zo is het
Det kan'k ni wach'nDaar heb ik geen tijd voor
wat moj?wat wil je?

194 woorden

A

aarugaardig
achteacht
aldebassend, aldejeekusenorm
awweaalweer

B

battumbathmen
bekkebeek
berrebed
beschuutbeschuit
bintzijn
blekk'ngblaffen
blekk' nblaffen
blieblij
bloazen, poes'nblazen
blök'nblaffen
boekbuik
bokse, brookbroek
bollestier
bookboek
botterboter
breevebrieven
breudjebroodje
broe', broenbruin
brummelsbramen (fruit)

D

DèèmterDeventer
deernemeisje
des netprecies
des net, krekprecies
detdat
deuredeur
deurumme, doarumdaarom
deuzedoos
dissedeze
doemduim
doeveduif
dondersenorm, buitengewoon
doodoe
dossdorst
dreedrie
drekdirect
drekmodder
dreugedroog
drie'mdrijven
droatraag
droadnèègultraag persoon
droevedruif
döppesdoperwten

E

eeneeen (1)
eiereieren
èmpe, èmp' mmier, mieren

E

eurhaar

G

gastegerst
geetelingmerel
geheistergedoe, gehannes, drukte
giste'ngisteren
greu'groen
greunegroene
greutstrots
grösgras
gunsginds

H

handsenhandschoenen
harsherfst
hêenig ankalm aan
heiteheet (temperatuur)
heurehaar (op hoofd)
hoed, lieflichaam
hoodhoed
huuln, sjank'nhuilen
huushuis

I

iejjij

J

jappelaardappels
jatenja zeggen
joarjaar
jonkjongen

K

karkekerk
karmsekermis
kasmiskerstmis
keunebiggetjes
klearekleren
kleppeslaag
kletternvallen, lazeren
kleuakleur
kneeknie
knippeportemonnee
koarekar
koldkoud
krangebinnenstebuiten
krint'nkrenten
krissebêz' nkruisbessen
kruu' kruien
kruwaangkruiwagen
kwoad, hellugkwaad
köjkun je
könkun

L

leazelaars
lechlicht (van lamp)
lichlicht (van gewicht)
liemlijm
lochlucht
loekenvensters
loozeloods

M

mankssoms
mannmorgen
mansleu, kealsmannen
meujetante
mie'ngplassen
moandmaand
moetenmotten
mojmoet je
moo, moodermoeder
motmoet
môttevarken (vr)
mottenmoeten
möllemolen

N

nathalsdrinkebroer
neengnegen
nitniet
noenu
nölnzeuren

O

oilsals
ongemakziekte, kwaal
op stèèmeteen

P

peerdpaard
piepepijp
platdialect
plèètskeplaatsje
plettebroodkapje
plietsiepolitie
poaspaars
proemepruim

R

raajooradio
rèèngregen
rie', pleern, kachel'nrijden
riegerij
riesrijst
roeteruit
rooierode

S

schooneschoenen
schosteenschoorsteen
schroeveschroef
siepelsuien
skell'nschillen
skinroos
slimerg
slöttelsleutel
sneesneeuw
sporthempblouse
stoetebrood
stoolstoel
stroatestraat
sûkkelachocola
sunterkloaskespeculaasje

T

terugweerumme
tillevisietelevisie
toafeltafel
trekzakaccordeon
tuusthuis

U

umdetomdat

V

vaavader
varveverf
veertien daangtwee weken
veuradvoorwiel
veutevoeten
vierevier
vievevijf
vleisvlees
vleiswaanvleeswaren
vremdvreemd
vrievrij
vrouwleu, wievevrouwen
vrösvriest
vöajoa'voorjaar
vöaradvoorwiel
völleveel

W

waangwagen
waffanwat voor
waffanwelke
wark'ngwerken
watta'wat dan
wekkeweek
weurummewaarom
wi-jwil je
wiewij
wiefvrouw
wieswijs
wieterverder
winte'winter
woarwaar
wollenwilden

Z

zessezes
zeumzeven
zomme'zomer
zûnnezon
zwattezwarte
zwoarzwaar