Voorbeeldzinnen
Typ een woord of woordcombinatie en we tonen je de zinnen waar dit woord in voorkomt. Bv. `Geachte Heer` of `mooi weer`
Zinnen met de exacte overeenkomst:
Er zijn ongeveer 500 zinnen met `plan` gevonden
- NL: Het is een plan, een briljant plan. - DE: Es geht um den Plan. Ein brillanter Plan.
- NL: Ik bedoel, do hebben we een plan plan? - DE: Ich meine, haben wir einen Plan?
- NL: Activeer uw plan. - DE: Aktivieren Sie den Plan.
- NL: Oké, nieuw plan. - DE: Also, neuer Plan.
- NL: Goed plan, Chuck. - DE: Gute Idee, Chuck.
- NL: Ja, geweldig plan. - DE: Ja, großartiger Plan.
- NL: Jaarlijks plan, Sir. - DE: Haushaltsplan, Sir.
- NL: Maar mijn plan... - DE: Aber mein Plan...
- NL: Volgens plan, graag. - DE: Nach Plan, wenn ich bitten darf.
- NL: Een ingewikkeld plan. - DE: Einen komplexen Plan.
- NL: Ander plan, Snoopy. - DE: Planänderung, Snoopy.
- NL: Goed plan, Eggsy. - DE: Guter Plan, Eggsy.
- NL: ... voor mijn plan. - DE: ... Vorteil nutzen kann.
- NL: Mijn plan faalde. - DE: Mein Plan ist im Arsch.
- NL: Wonderbaarlijk plan, Cooper. - DE: Großartiger Plan, Cooper.
- NL: Een geweldig plan. - DE: Ist doch ein toller Plan.
- NL: Een geweldig plan. - DE: Ich liebe diesen Plan.
- NL: Welk grotere plan? - DE: Welches größere Ziel?
- NL: Een duister plan. - DE: Und zwar ein dunkles.
- NL: Zijn plan nakomen. - DE: Seinen Plan erfüllen.
- NL: Jouw plan faalde. - DE: Ihr Plan ist gescheitert.
- NL: Een plan waarvoor? - DE: Einen Plan? Wofür?
- NL: Alles... volgens plan. - DE: Alles... wie geplant.
- NL: Een geweldig plan. - DE: Den besten Plan der Welt!
- NL: Oké, nieuw plan. - DE: Ok, ein neuer Plan.
- NL: Geweldig plan, Tej. - DE: Toller Plan, Tej.
- NL: Slecht plan, Ned. - DE: Schlechter Plan, Ned.
- NL: Het plan slaagde. - DE: Der Plan funktionierte.
- NL: Een ambitieus plan. - DE: Dein Plan ist ehrgeizig.
- NL: loopt volgens plan. - DE: Gehe nach Plan vor.
- NL: Geweldig plan, hë? - DE: Tolles Programm, was?
- NL: Mijn plan werkte. - DE: Mein Plan ging auf.
- NL: Geweldig plan, burgemeester. - DE: Toller Plan, Herr Bürgermeister!
- NL: Goed plan, Batman. - DE: Guter Plan, Batman.
- NL: Verandering van plan. - DE: Kleine Planänderung.
- NL: Een riskant plan? - DE: Riskanter Plan? Ja.
- NL: Captain, het plan. - DE: Captain, der Plan.
- NL: Goed plan, Jackson. - DE: Toller Fluchtplan, Jackson.
- NL: Oké, mislukt plan. - DE: Ok, kein guter Plan.
- NL: Jouw plan, trouwens. - DE: Deiner, von Anfang an.
- NL: Onthoud het plan. - DE: Vergesst nur den Plan nicht.
- NL: Vandaar dit plan. - DE: darum planten wir das.
- NL: Een fantastisch plan. - DE: Eine hervorragende Idee.
- NL: Een kapitaal plan. - DE: Ein kapitaler Plan.
- NL: Mooi plan, Fargo. - DE: Guter Plan, Fargo.
- NL: Het grotere plan. - DE: Der größere Plan?
- NL: Vergeet het plan. - DE: Vergiss den Fluchtplan.
- NL: Vergeet dat plan. - DE: Gib den Plan auf.
- NL: Goed, nieuw plan. - DE: Okay, neuer Plan.
- NL: Juist, goed plan. - DE: Richtig. Guter Plan.
- NL: plan Z. Wat hou ik toch van plan Z. - DE: Plan Z. Ich liebe Plan Z.
- NL: Peter heeft een plan, Peter heeft het juiste plan. - DE: Peter hat einen Plan, Peter hat den richtigen Plan.
- NL: Als een plan mislukt, zullen we een ander plan. - DE: Wenn ein Plan scheitert, kommen wir zurück mit einem neuen.
- NL: Er was geen plan voor dit gedeelte van het plan. - DE: Es gab keinen Plan für diesen Teil des Plans.
- NL: Dat plan is mislukt. - DE: Dieser Plan ist tot.
- NL: Tijd voor plan B. - DE: Zeit für Plan B.
- NL: Het plan liep gesmeerd. - DE: Der Plan lief wie am Schnürchen.
- NL: Niet geheel volgens plan. - DE: Nicht ganz nach Plan.
- NL: Het plan was eenvoudig. - DE: Der Plan war einfach.
- NL: Ze heeft geen plan. - DE: Sie hat keinen Plan!
- NL: Zonder mijn plan, ja. - DE: Ja, aber nur ohne meinen Plan.
- NL: Het plan verandert niet. - DE: Das wird nichts am Plan ändern.
- NL: Ik heb geen plan. - DE: Ich hab keinen Plan.
- NL: Alles nog volgens plan? - DE: Läuft alles nach Plan?
- NL: Alles verloopt volgens plan. - DE: Alles läuft doch planmäßig.
- NL: plan A werkt niet. - DE: Plan A ist schlecht.
- NL: Ik implementeerde het plan. - DE: Ich habe lediglich den Plan umgesetzt.
- NL: Ik haat dit plan. - DE: Ich hasse euren Plan.
- NL: Ga verder volgens plan. - DE: Wir folgen meinem Plan!
- NL: Elk plan, elk detail. - DE: Jeden Plan. Jedes Detail.
- NL: Het plan is veranderd. - DE: Der Plan hat sich geändert.
- NL: Ons plan is geslaagd. - DE: Unser Plan ist aufgegangen.
- NL: Misschien niet jou plan. - DE: Zu deinem Plan vielleicht nicht.
- NL: Het plan was veranderd. - DE: Sie haben den Plan geändert.
- NL: We hebben geen plan. - DE: Es gibt keinen Plan.
- NL: Alles verloopt volgens plan. - DE: Es verläuft alles ganz nach Plan.
- NL: Alles verliep volgens plan. - DE: Alles ist nach Plan verlaufen.
- NL: Dat plan klinkt goed. - DE: Der Plan hört sich gut an.
- NL: Je plan heeft gewerkt. - DE: Dein Plan hat funktioniert.
- NL: Een goed doordacht plan. - DE: Ein wohldurchdachter Plan.
- NL: Dat was mijn plan. - DE: Das war mein Plan.
- NL: Wat is jouw plan? - DE: Was ist dein Plan?
- NL: Gaat dit plan werken? - DE: Wird der Plan funktionieren?
- NL: Blijf bij het plan. - DE: Halte dich an den Plan.
- NL: We volbrengen het plan. - DE: Wir führen den Plan durch.
- NL: Ik plan de tegenaanval. - DE: Den Gegenangriff planen.
- NL: Geen slecht bedrijfs plan. - DE: Kein schlechter Geschäftsplan.
- NL: Klinkt als een plan. - DE: Das ist doch' n guter Plan.
- NL: Het is mijn plan. - DE: Das war mein Plan.
- NL: Daar gaat dat plan. - DE: Soviel zu diesem Plan.
- NL: Je plan is verrot. - DE: Dein Plan ist Mist.
- NL: Was dat jouw plan? - DE: Das war dein Plan?
- NL: Het was Balthazars plan. - DE: Es war Balthazars Plan.
- NL: Het plan gaat door. - DE: Wir machen wie geplant weiter.
- NL: Een nogal onbezonnen plan. - DE: Sein Part ist eher tollkühn.
- NL: Je plan is verijdeld. - DE: Dein Plan ist vereitelt!
- NL: Het was haar plan. - DE: Es war ihr verdammter Plan.
- NL: Waar is het plan? - DE: Wo ist mein Plan?
- NL: We volgen het plan. - DE: Wir folgen dem Plan.
- NL: Dat was ons plan. - DE: Das war unser Plan.
- NL: God heeft een plan. - DE: Gott hat einen Plan.
- NL: Neal heeft een plan. - DE: Neal hat einen Plan.
- NL: Susan heeft een plan. - DE: Susan hat einen Plan.
- NL: Het plan krijgt vorm. - DE: Der Plan nimmt Form an.
- NL: Is het plan duidelijk? - DE: Also steht der Plan?
- NL: Klinkt als een plan. - DE: Hört sich nach einem Plan an.
- NL: Heel erg ambitieus plan. - DE: Ein ziemlich gewagter Plan.
- NL: Denk aan het plan. - DE: Denke immer an den Plan.
- NL: Het plan moet doorgaan. - DE: Der Plan muss ausgeführt werden.
- NL: Ik plan een aanpak. - DE: Ich plane eine Vorgehensweise...
- NL: Je hebt geen plan - DE: Du hast keinen Plan.
- NL: plan A werkt nooit. - DE: Plan A hat nie funktioniert.
- NL: Dit was Ravens plan. - DE: Es war Ravens Plan.
- NL: Ivchenko heeft een plan. - DE: Ivchenko hat einen Plan.
- NL: Wat is jouw plan? - DE: Wie lautet deiner?
- NL: Wat ons plan aangaat... - DE: Was unseren Plan betrifft... Okay.
- NL: Nogal een solide plan. - DE: Es ist ein recht solider Plan.
- NL: Het plan blijft hetzelfde. - DE: Der Plan bleibt so.
- NL: Aldertrees plan werkt niet. - DE: Aldertrees Strategie klappt nicht.
- NL: Een nogal feestelijk plan. - DE: Und zwar einen festlichen.
- NL: Je hebt een plan. - DE: Haben Sie einen Plan?
- NL: Het is geen plan. - DE: Es ist kein Plan.
- NL: Dit is mijn plan. - DE: Hier ist mein Plan:
- NL: Maar volgens het plan... - DE: Aber wir hatten doch ausgemacht...
- NL: We hebben een plan. - DE: Wir haben einen Plan.
- NL: plan A is mislukt. - DE: Plan A ist gescheitert.
- NL: Als het plan verandert... - DE: Wenn sich der Plan ändert...
- NL: Ik plan geen terugkeer. - DE: Ich will nicht zurückgehen.
- NL: Het plan was Highland! - DE: Geplant war das Highland!
- NL: Heeft hij een plan - DE: Hat er einen Plan?
- NL: Briljant plan, heel professioneel. - DE: Hervorragender Plan, völlig professionell.
- NL: Alles verloopt volgens plan. - DE: Alles läuft genau nach Plan.
- NL: Alles gaat volgens plan. - DE: Alles läuft wie geplant.
- NL: Hier is het plan. - DE: So sieht der Plan aus:
- NL: We hebben een plan. - DE: Langsam formt sich ein Plan.
- NL: Blijf bij je plan... - DE: Bleib bei deinem Plan...
- NL: Zoiets plan je niet! - DE: So was plant man nicht!
- NL: Heb je geen plan? - DE: Hast du keinen Plan?
- NL: Dit plan is afgrijselijk. - DE: Dieser Plan ist ruchlos.
- NL: Man met het plan. - DE: Der Mann mit dem Plan.
- NL: Nee, niet volgens plan. - DE: Nein, nicht wie geplant.
- NL: Oh, het vijfjarige plan. - DE: Oh, der 5 Jahresplan.
- NL: Dit is haar plan. - DE: Das ist ihr Plan.
- NL: Je plan was fantastisch. - DE: Dein Plan war toll.
- NL: Ons plan werkte perfect! - DE: Unser Plan ist aufgegangen.
- NL: Ons plan gaat door. - DE: Wir sind in Bereitschaft.
- NL: Wat mijn plan is. - DE: Was für einen Plan ich habe.
- NL: Ik heb geen plan. - DE: Ich habe keinen Plan.
- NL: Dat was het plan. - DE: Vergessen? Der Plan.
- NL: plan je een vakantie? - DE: Planen Sie einen Urlaub?
- NL: Klinkt als een plan. - DE: Klingt nach einem Plan.
- NL: Mijn 15 jaren plan. - DE: Mein 15-Jahres-Plan.
- NL: Onderdeel van je plan? - DE: Teil Ihres Plans? Ja.
- NL: Cogburn bedacht een plan. - DE: Cogburn hatte einen Plan.
- NL: Gevechten die ik plan. - DE: Ich werde Kämpfe planen.
- NL: Ik plan een afspraak. - DE: Ich werde ein Treffen arrangieren.
- NL: Geen goed plan tenminste. - DE: Wenigstens kein guter.
- NL: Het plan is veranderd. - DE: Pläne haben sich geändert.
- NL: Gooi het plan weg. - DE: Verwirf den Plan.
- NL: Dat is jouw plan? - DE: Das ist dein Plan?
- NL: Hydra had een plan. - DE: Hydra hatte einen Plan.
- NL: Ik begrijp het plan. - DE: Ich verstehe den Konflikt...
- NL: Wat was jouw plan? - DE: Was hattest du vor?
- NL: Hebben we een plan? - DE: Haben wir denn einen Plan?
- NL: Het is Gods plan. - DE: Es sei Gottes Plan.
- NL: Ons plan is gewijzigd. - DE: Der Einsatzplan wurde geändert.
- NL: Daar gaat het plan. - DE: So viel zu unserem Plan.
- NL: Mijn plan klinkt beter. - DE: Mein Plan gefällt mir besser.
- NL: Dit was Angels plan. - DE: Dies war Angels Plan.
- NL: Ze bedachten een plan. - DE: Sie schmiedeten einen Plan.
- NL: Ty heeft een plan. - DE: Ty hat einen Plan.
- NL: Your plan was sound. - DE: Ihr Plan war solide.
- NL: Jij hebt een plan. - DE: Du hast doch einen Plan?
- NL: Billy heeft een plan. - DE: Billy hat einen Plan.
- NL: Een uitgekookt plan, hè? - DE: Ganz schön raffiniert, was?
- NL: Heeft ie een plan? - DE: Er hat einen Plan?
- NL: Goed? Het plan werkte. - DE: Der Plan hat funktioniert.
- NL: Geloof me, slecht plan. - DE: Vertrau mir, schlechter Plan.
- NL: Wat voor' n plan? - DE: Was für einen Plan?
- NL: Smithers, het perfecte plan. - DE: Mein plan ist perfekt, Smithers.
- NL: Niks goeds van plan. - DE: Die sahen mir nicht sauber aus.
- NL: Wat van plan vanavond? - DE: Haben sie noch was vor?
- NL: Ik plan de aanslag. - DE: Ich prane den Angriff.
- NL: Was dit jouw plan? - DE: Das war dein Plan?
- NL: Je plan is mislukt. - DE: Ihre Strategie schlug fehl.
- NL: Hij bederft mijn plan. - DE: Der Kerl versaut mir meinen Plan.
- NL: Ons plan is mislukt. - DE: Unser Plan schlug fehl.
- NL: Hun plan is mislukt. - DE: Ihr Plan ging nach hinten los.
- NL: Welk plan hebben we? - DE: Wie ist der Plan?
- NL: Alles verloopt volgens plan. - DE: Es läuft alles nach Plan.
- NL: Je plan is waardeloos. - DE: Ihr Plan ist scheiße.
- NL: Je plan voor Rory. - DE: Euer Wahnsinnsplan für Rory.
- NL: Het plan was perfect. - DE: Unser Plan war perfekt.
- NL: Je plan klinkt overtuigend, - DE: Dein Plan überzeugt mich.
- NL: Cole had een plan. - DE: Cole hatte einen Plan.
- NL: Verder een perfect plan. - DE: Sonst' ne super Idee.
- NL: Wat voor een plan? - DE: Was für einen anderen Plan?
- NL: Ik plan het Vuurgloedfestival. - DE: Ich plane das Fest des Freudenfeuers.
- NL: Is het plan duidelijk? - DE: Geht alles klar mit dem Plan?
- NL: Verandering van plan, Wordy. - DE: Planänderung, Wordy.
- NL: Een back-up plan? - DE: Einen Notfallplan?
- NL: Dit plan zal werken. - DE: Der Plan wird funktionieren.
- NL: plan je een inval? - DE: Plant ihr eine Art Überfall?
- NL: Het plan is terug. - DE: Der Plan ist wieder aktuell.
- NL: Ik hoor een plan. - DE: Jetzt kommt der Plan.
- NL: Oké, het plan is... - DE: Okay, das ist der Plan.
- NL: We maken een plan. - DE: Wir brauchen einen Plan.
- NL: Denk aan het plan. - DE: Denkt an den Plan.
- NL: Dit was het plan. - DE: Das war der Plan.
- NL: Alles gaat volgens plan. - DE: Bisher läuft alles nach Plan.
- NL: Dat was zijn plan. - DE: Das war sein Plan.
- NL: Dat was het plan. - DE: Das hätte ich sowieso getan.
- NL: Het plan is mislukt. - DE: Der Plan wurde vereitelt.
- NL: We hebben een plan. - DE: Ich habe einen Plan.
- NL: Vluchten is geen plan. - DE: Weglaufen ist keine Lösung.
- NL: IIk heb geen plan. - DE: Ich habe keinen Plan.
- NL: Alles verloopt volgens plan. - DE: Alles läuft planmäßig.
- NL: Vertel me je plan. - DE: Erzähl mir deinen Plan.
- NL: Hij had een plan. - DE: Er hatte einen Plan.
- NL: Wijziging van het plan: - DE: Es gab eine Planänderung.
- NL: Wat was het plan? - DE: Wie sah der Plan aus?
- NL: Ga volgens plan verder. - DE: Macht wie geplant weiter.
- NL: Is dat jouw plan? - DE: Das ist also dein Plan.
- NL: We volgen zijn plan. - DE: Wir hören auf ihn.
- NL: Wat is jullie plan? - DE: Wie sieht euer Plan aus?
- NL: Er was geen plan. - DE: Es gab keinen Plan.
- NL: Dat is mijn plan. - DE: Das ist mein Plan.
- NL: Vertel me je plan. - DE: Erzählen Sie mir Ihren Plan.
- NL: Dit plan is idioot. - DE: Der Plan ist verrückt.
- NL: Alles gaat volgens plan. - DE: Läuft alles nach Plan.
- NL: Het plan zal werken. - DE: Der Plan wird funktionieren.
- NL: Dat is haar plan. - DE: Genau das will sie.
- NL: Je verknoeit het plan. - DE: Sie versauen den Plan.
- NL: Zij hebben een plan. - DE: Sie haben einen Plan.
- NL: Het plan is veranderd. - DE: Die Pläne änderten sich.
- NL: plan B kan overboord. - DE: Mit plan B ist es also auch aus.
- NL: Beschrijf je plan maar. - DE: Wie ist lhr Flugplan?
- NL: Ik plan extra gevechtsoefeningen. - DE: Ich werde ein zusätzliches Kampftraining ansetzen.
- NL: alles verloopt volgens plan. - DE: Alles verläuft nach Plan.
- NL: Heeft u een plan? - DE: Haben Sie einen Plan?
- NL: Hadden we een plan? - DE: Hatten wir was geplant?
- NL: Het plan is gestart. - DE: Unser Plan funktioniert.
- NL: Hebben we een plan? - DE: Haben wir einen Plan?
- NL: Uw plan kan werken. - DE: Ihr Plan könnte funktionieren.
- NL: Het plan is gewijzigd. - DE: Wir haben unsere Pläne geändert.
- NL: Daar gaat het plan. - DE: Die besten Pläne.
- NL: Ik heb één plan. - DE: Einen Plan habe ich.
- NL: Rennen is geen plan. - DE: Laufen ist kein Plan.
- NL: Ridders, een nieuw plan! - DE: Ritter, neuer Plan!
- NL: Het was mijn plan. - DE: Das war mein Plan.
- NL: Ja, een duivels plan. - DE: Ja, ziemlich gerissen.
- NL: Het plan is simpel. - DE: Der Plan ist klar und eindeutig.
- NL: Klinkt als een plan. - DE: Klingt nach einem Plan für mich.
- NL: Ik heb geen plan. - DE: Ich hab nichts vor.
- NL: Alles gaat volgens plan. - DE: Alles verläuft nach Plan.
- NL: Wat hun plan was. - DE: Was ihr Plan war.
- NL: Hebben we een plan? - DE: Es gibt einen Plan?
- NL: Het nieuwe plan is: - DE: Die neue Version lautet:
- NL: We veranderen van plan. - DE: Wir ändern den Plan.
- NL: Nee, niet dat plan. - DE: Nein, nicht der Plan...
- NL: Oké, een nieuw plan. - DE: Okay, neuer Plan.
- NL: Goed plan, O-Man. - DE: Guter Plan, O-Mann.
- NL: Gods plan te begrijpen. - DE: Gottes großen Plan zu begreifen.
- NL: Het plan is waanzin. - DE: Der Plan ist Wahnsinn.
- NL: Dat was het plan. - DE: So lautete der Plan.
- NL: Supergirl heeft een plan. - DE: Supergirl hat einen Plan.
- NL: Hier is het plan. - DE: Das ist der Plan.
- NL: Pas morgen, volgens plan. - DE: Morgen, so denkt er.
- NL: Hetzelfde plan als altijd. - DE: Es ist derselbe Plan wie immer.
- NL: Wij bedachten een plan. - DE: Wir entwickelten einen Plan.
- NL: Mijn plan werkt dus. - DE: Mein Plan funktioniert.
- NL: Is dit jouw plan? - DE: Ist das dein Plan?
- NL: Dat is Rips plan. - DE: Das ist Rips Plan.
- NL: Dat is geen plan. - DE: Das ist kein Plan.
- NL: Dat was het plan. - DE: So war es geplant.
- NL: Vertel me het plan. - DE: Bitte erklär mir den Plan.
- NL: Dit was het plan. - DE: Das war unser Plan.
- NL: Een nauwgezet geregisseerd plan? - DE: Ein brillant ausgeklügelter Plan?
- NL: Dat was mijn plan. - DE: Das war die Idee.
- NL: Of een ander plan. - DE: Oder eine andere Idee.
- NL: Een heel slim plan. - DE: Es war ein ziemlich kluger Plan.
- NL: Dat was plan A. - DE: Nix mit Plan A.
- NL: Dit was jouw plan? - DE: War das dein Plan?
- NL: Is dat jullie plan? - DE: Das ist euer Plan?
- NL: Hier is het plan. - DE: Hier ist ein Plan.
- NL: Dit is het plan... - DE: Wir werden folgendes machen
- NL: Okay, kleine plan-wijziging. - DE: Okay, kleine Planänderung.
- NL: Dit was het plan. - DE: Das war immer der Plan.
- NL: Alles gaat volgens plan. - DE: Alles läuft nach Plan.
- NL: Het plan heeft gewerkt. - DE: Dein Plan ist perfekt aufgegangen.
- NL: Wat' n geweldig plan. - DE: Das ist ein toller Plan.
- NL: Het is mijn plan. - DE: Das ist mein Plan.
- NL: Het plan is mislukt. - DE: Der Plan ist gescheitert.
- NL: Dat plan is verpest. - DE: Den gibt es nicht mehr.
- NL: plan A werkt niet. - DE: Plan A ist echt mies.
- NL: Wat voor plan dan? - DE: Was war der Plan?
- NL: Wat een stoutmoedig plan. - DE: Ein gewagter Plan.
- NL: Dat was het plan. - DE: Das war der Plan.
- NL: Denk aan het plan. - DE: Vergiss den Plan nicht.
- NL: Ik plan mijn strategie! - DE: Und ich plane meine Strategie.
- NL: Je plan zal mislukken. - DE: Der Plan wird misslingen.
- NL: Het was haar plan. - DE: Es war ihre Idee.
- NL: Hier is het plan. - DE: Das ist der Plan:
- NL: Wat een idioot plan! - DE: Ein idiotischer Plan!
- NL: Ik had geen plan. - DE: Ich hatte keinen Plan.
- NL: Jij hebt een plan. - DE: Du hast einen Plan.
- NL: Ik ben van plan... - DE: Darum lautet mein Plan...
- NL: Hier is het plan. - DE: Hier ist der Plan.
- NL: Heeft iemand een plan? - DE: Hat irgend jemand' nen Vorschlag?
- NL: Klink als een plan. - DE: Klingt nach einem Plan.
- NL: Alles verloopt volgens plan. - DE: Alles wird nach Plan verlaufen.
- NL: Ja ,' t plan, natuurlijk. - DE: Oh, der Plan. Natürlich.
- NL: Je hebt geen plan. - DE: Du hast keinen Plan.
- NL: Het plan is klaar. - DE: Der Plan ist bereit.
- NL: Wat een vreselijk plan. - DE: Das ist eine furchtbare Idee.
- NL: Tijd voor een plan. - DE: Es ist Zeit für einen Plan.
- NL: Je hebt geen plan? - DE: Du hast gar keinen Plan?
- NL: Het plan verloopt goed. - DE: Es verläuft alles nach Plan.
- NL: Danny' s plan is... - DE: Dannys Plan ist...
- NL: Wat een goed plan. - DE: Der Plan gefällt mir.
- NL: Het plan was Highland. - DE: Geplant war das Highland.
- NL: Wat voor soort plan? - DE: Was für eine Art Notfallplan?
- NL: Dit plan is logisch. - DE: Dieser Plan ist sinnvoll.
- NL: Ze heeft een plan. - DE: Sie hat einen Plan.
- NL: Snap je het plan? - DE: Hast du den Plan verstanden?
- NL: Lorenzo had een plan: - DE: Lorenzo hatte einen Plan.
- NL: Waarschijnlijk het grotere plan. - DE: Das ist wahrscheinlich Teil des größeren Ziels.
- NL: Dat was het plan. - DE: Das war die Idee.
- NL: Wat is jouw plan? - DE: Wie ist denn dein Plan?
- NL: Ik had geen plan! - DE: Ich hatte keinen Plan.
- NL: Vanessa is bezig met plan A, plan B, tot en met Z. - DE: Vanessa arbeitet bereits an Plan A, B, bis hin zu Z.
- NL: Ons plan doet er langer over, maar het is wel een plan. - DE: Unser Plan ist langfristig angelegt, aber wir haben wenigstens einen.
- NL: We maken een plan, het plan werkt niet, we maken een nieuwe. - DE: Man macht einen Plan, der Plan läuft schief, wir machen einen neuen Plan.
- NL: Dit is een goed plan. - DE: Dieser Plan funktioniert.
- NL: Het is een goed plan. - DE: Der Plan ist gut.
- NL: Je plan zal nooit werken. - DE: Das funktioniert nie.
- NL: Wat zijn zij van plan? - DE: Was haben die denn vor?
- NL: Schatje, God heeft een plan. - DE: Schatz, Gott hat seine eigenen Absichten.
- NL: De vennoten hebben een plan. - DE: Die Seniorpartner haben einen Plan.
- NL: Wat ben je van plan? - DE: Was sind Ihre Absichten?
- NL: Want ik heb een plan. - DE: Ich hab nämlich eine Idee.
- NL: Oké, wat is het plan? - DE: Ok, wie lautet der Plan?
- NL: Het was een goed plan. - DE: Was? Es war ein guter Plan.
- NL: Dat is geen slecht plan. - DE: Das wär was Konkretes.
- NL: Wat ben je van plan? - DE: ( Knott ) Was hast du vor?
- NL: Wat ben je van plan? - DE: Was machen Sie jetzt?
- NL: Wat voor plan is dat? - DE: Was für ein Plan ist das?
- NL: En je hebt een plan. - DE: Du hast einen Plan.
- NL: Ik blijf bij ons plan. - DE: Aber ich verfolge unseren Plan.
- NL: Dit was het plan niet. - DE: So war das nicht geplant.
- NL: Wat ben je van plan? - DE: Warum tust du das?
- NL: We moeten een plan verzinnen. - DE: Wir müssen uns einen Plan ausdenken.
- NL: Jake, ik heb een plan. - DE: Jake, ich hab nachgedacht.
- NL: Wat was hij van plan? - DE: Was hatte er denn vor?
- NL: Ik hou van plan B. - DE: Mir gefällt Plan B.
- NL: Wat zijn jullie van plan? - DE: Was habt ihr denn hier vor?
- NL: Ze waren iets van plan. - DE: Es war ein konspiratives Gespräch.
- NL: Het was een briljant plan. - DE: Das war ein brillanter Plan.
- NL: Wat ben je van plan? - DE: Was hast du jetzt vor?
- NL: Papa, dit was ons plan. - DE: Daddy, wir hatten einen Plan.
- NL: Wat zijn jullie van plan? - DE: Was habt ihr beiden vor?
- NL: Niemand is iets van plan. - DE: Niemand wird irgendetwas unternehmen.
- NL: Maar m' n plan mislukte. - DE: Leider ging das schief.
- NL: Wat ben jij van plan? - DE: Was machst du da?
- NL: Dat was niet het plan. - DE: So hatten wir es nicht vereinbart.
- NL: Ik trek mijn plan wel. - DE: Ich kann auf mich selbst aufpassen.
- NL: Wat ben je van plan? - DE: Was soll das werden?
- NL: Oat hoort bij het plan. - DE: Oas gehört alles zum Plan.
- NL: Wat ben je van plan? - DE: Was sind deine Absichten?
- NL: Ben ik niet van plan. - DE: Hab ich nicht vor.
- NL: Zolang ons plan maar doorgaat. - DE: Aber das darf dem Plan nicht im Weg stehen.
- NL: Je hebt geen plan meer. - DE: Sie haben jetzt keinen Plan mehr.
- NL: Wat bent u van plan? - DE: Was wollen Sie tun?
- NL: De man met het plan? - DE: Warum ist er ein Ideenmann?
- NL: Ik weet een goed plan. - DE: Ich habe eine Idee.
- NL: Ik stem voor Miguels plan. - DE: Ich stimme für Miguels Plan.
- NL: Nou, wat is het plan? - DE: Nun, wie ist der Plan?
- NL: Hij is iets van plan. - DE: Er hat etwas vor.
- NL: Ga verder met' t plan. - DE: Führt den Plan durch.
- NL: Wat is Biff van plan? - DE: Was hat er denn vor?
- NL: Ons plan lijkt te werken. - DE: Unser Plan scheint zu funktionieren.
- NL: Wat is jouw plan? Max? - DE: Und was hast du jetzt vor?
- NL: Wat ben je van plan? - DE: Was zum Teufel soll das?
- NL: Wil je mijn plan horen? - DE: Willst du meinen Plan wissen?
- NL: Ik heb wel een plan. - DE: Aber ich habe einen Plan.
- NL: Ik heb een waterdicht plan. - DE: Ich habe einen narrensicheren Plan.
- NL: Dat was ik van plan. - DE: Das hatte ich sowieso vor.
- NL: Het hoort bij' t plan. - DE: Das war alles geplant.
- NL: Dan wordt het plan gewijzigd. - DE: Es gibt noch andere Pläne.
- NL: We gaan door volgens plan. - DE: Wir machen wie geplant weiter.
- NL: Wat bent u van plan? - DE: Was haben Sie denn vor?
- NL: We houden ons plan geheim. - DE: Wir behalten unsere Meinung für uns.
- NL: We gaan verder volgens plan. - DE: Wir gehen weiter nach Plan vor.
- NL: Wat is hij van plan? - DE: Was hat er denn Großes vor?
- NL: Wat is jouw plan, Grey? - DE: Also wie lautet dein Plan, Grey?
- NL: Ik heb een plan, ja... - DE: Ich habe einen Plan, ja.
- NL: Vertel me je plan eens. - DE: Erzähle mir von deinem Plan.
- NL: Pierrot is iets van plan. - DE: Und Pierrot plant was gegen Sie.
- NL: Wat is hij van plan? - DE: Was macht der bloß?
- NL: Er is een nieuw plan. - DE: Es gibt einen neuen Plan.
- NL: Dat was nooit je plan. - DE: Das wolltest du nie.
- NL: Wat was je van plan? - DE: Also was war Ihr Plan?
- NL: Goed, dit is het plan. - DE: Okay, der Plan sieht so aus...
- NL: Wat zijn jullie van plan? - DE: Was spielt ihr zwei da?
- NL: Klinkt als een goed plan. - DE: Klingt nach einem guten Plan.
- NL: plan B. Het kan werken. - DE: Plan B. Der könnte funktionieren.
- NL: Hebt u een ander plan? - DE: Habt Ihr einen anderen Plan?
- NL: We hebben een plan nodig. - DE: Wir müssen einen Plan machen.
- NL: Heb je een plan, Wendy? - DE: Hast du einen Plan, Wendy?
- NL: Hij is iets van plan. - DE: Er plant irgendwas.
- NL: De tunnel, het plan, alles. - DE: Der Tunnel, der Fluchtplan, alles.
- NL: Wat ben je van plan? - DE: Woran denken Sie denn?
- NL: Wat ben je van plan? - DE: Was zum Teufel machen Sie?
- NL: Ja, dat is het plan. - DE: Ja, das ist der Plan.
- NL: Wat is het plan, jack? - DE: Wie ist der Plan, Jack?
- NL: Wat was het plan dan? - DE: Was war denn geplant?
- NL: Er is een heel plan. - DE: Ich habe einen Plan.
- NL: Er is geen plan meer. - DE: Es gibt keinen Plan mehr.
- NL: Het gaat om ons plan. - DE: Wichtig ist unser Plan.
- NL: Dus dit is mijn plan. - DE: Ich wüsste da was.
- NL: Nee, het plan is voorbij. - DE: Der Plan ist erledigt. Es ist vorbei.
- NL: Verkloot mijn plan niet, oké? - DE: Vertrau einfach meinem Plan, ok?
- NL: Maar het plan heeft gewerkt. - DE: Aber der Plan hat funktioniert.
- NL: Heb je een plan? Ja. - DE: Hast du einen Plan?
- NL: Wat ben je van plan? - DE: Was wirst du tun? Mich töten?
- NL: Wil je het plan doornemen? - DE: Sollen wir das gemeinsam tun?
- NL: Wat is dan jouw plan? - DE: Was ist dein Plan?
- NL: Goed, ik heb een plan. - DE: Okay. Das ist der Plan:
- NL: Oké, dit is het plan. - DE: Na schön, hier ist der Plan:
- NL: Er is geen plan B. - DE: Es gibt keinen Plan B.
- NL: We moeten een plan maken. - DE: Wir müssen einen Plan machen.
- NL: Daarom noemt het plan B. - DE: Deshalb ja Plan B.
- NL: Wat was toen je plan? - DE: Welchen Plan hattest du damals?
- NL: Wat ben je van plan? - DE: Was machst du denn?
- NL: Niet improviseren, gebruik het plan. - DE: Keine Extrawürste. Wir halten uns an den Plan.
- NL: Ik heb een plan, Sam. - DE: Ich habe einen Plan, Sam.
- NL: Wel, hier is het plan. - DE: Gut, hier ist der Plan.
- NL: Dus, hebben we een plan? - DE: Also, haben wir einen Plan?
- NL: Het was Zor-Els plan. - DE: Zor-El hatte das geplant.
- NL: Dat was niet het plan. - DE: Aber das war nicht der Plan.
- NL: Het hoort bij het plan. - DE: Es ist alles Teil des Plans.
- NL: Wat ben je van plan? - DE: Woran haben Sie dabei gedacht?
- NL: Alles is gegaan volgens plan. - DE: Alles lief nach Plan.
- NL: Rodney heeft nog' n plan. - DE: Rodney hat noch eine Idee.
- NL: Wat is het plan, Haley? - DE: Wie lautet der Plan, Haley?
- NL: Dus je had geen plan? - DE: Also hattest du keinen Plan?
- NL: Actie, oorlog, plan, crisis, onbalans - DE: Aktion, Krieg, Plan, Krise, Ungleichgewicht
- NL: Watson, wijziging van het plan. - DE: Watson, Planänderung.
- NL: Milverton' s plan werkt averechts. - DE: Milvertons Plan ging nach hinten los.
- NL: Wat is nu het plan? - DE: Und was ist jetzt der Plan?
- NL: Klinkt als een goed plan. - DE: Klingt nach' nem Plan.
- NL: Hanna was wat van plan? - DE: Hanna hat was geplant zu tun?
- NL: Dit plan zou kunnen werken. - DE: Dieser Plan könnte funktionieren.
- NL: Dat was niet het plan. - DE: Das gehört nicht zum Plan.
- NL: Hij heeft altijd een plan. - DE: Er hat immer einen Plan.
- NL: Z' n plan werkt wel. - DE: Der Plan wird funktionieren.
- NL: Wat ben je van plan? - DE: Was machst du jetzt?
- NL: Wat ben je van plan? - DE: Was hast du vor? Wo willst du hin?
- NL: Wat zijn jullie van plan? - DE: Was wollt ihr tun?
- NL: Is hij iets van plan? - DE: Hat er seine Finger irgendwo drin?
- NL: Wat is jouw plan, Toyman? - DE: Was spielst du für ein Spiel, Toyman?
- NL: Hou je aan het plan. - DE: Haltet euch an den Plan.
- NL: Het loopt allemaal volgens plan. - DE: Es verläuft alles nach Plan.
- NL: Ze hebben het plan gereactiveerd. - DE: Sie haben ihren Plan wieder aufgenommen.
- NL: Klinkt als een goed plan. - DE: Hört sich nach nem guten Plan an.
- NL: Wat is Cordelia van plan? - DE: Was wollte Cordelia?
- NL: Ja, ik ken jullie plan. - DE: Ja. Ich kenne euren Plan.
- NL: Hoort bij het plan, toch? - DE: Gehört auch zum Plan, ja?
- NL: Zo... wat is jouw plan? - DE: Also... was sind ihre Pläne?
- NL: Wat ben je van plan? - DE: ( lacht ) Was willst du machen?
- NL: Ik heb een geweldig plan. - DE: Ich habe einen gerissenen Plan.
- NL: Lijkt me een goed plan. - DE: Das klingt nach einem guten Plan.
- NL: Dit plan kan nooit werken. - DE: Der Plan geht nicht auf.
- NL: Dit is niet het plan. - DE: Das ist nicht der Plan.
- NL: Het oorspronkelijke plan is goed. - DE: Der ursprüngliche wird funktionieren.
- NL: Je vertelde me je plan. - DE: Wie lautet der Plan?
- NL: Dat is een goed plan. - DE: Das ist eine tolle Idee.
- NL: Luister, ik heb een plan. - DE: Mit Verlaub, ich habe einen Plan.
- NL: We hebben een plan nodig. - DE: Habt ihr einen Plan?
- NL: Ik verander niet van plan. - DE: Ich ändere keine Pläne.
- NL: Oké, wat is het plan? - DE: Okay, wie lautet der Plan?
- NL: Bedankt, alles liep volgens plan. - DE: Vielen Dank. Alles gut gelaufen.
- NL: Wat is ons plan, jongens. - DE: Wie sieht unser Plan aus, Leute?
- NL: Wat is jouw plan dan? - DE: Wie lautet also dein Plan?
- NL: Was dit niet jouw plan? - DE: Das war nicht dein Plan?
- NL: Alles verloopt volgens het plan. - DE: Alles läuft nach Plan.
- NL: Verdedigen is niet het plan. - DE: Verteidigung ist nicht der Plan.
- NL: We moeten een plan bedenken. - DE: Schmieden wir einen Plan.
- NL: Jackie, het plan is hier. - DE: Jackie, das Piano steht da.
- NL: Je grote plan is mislukt. - DE: Dein großer Plan ist gescheitert.
- NL: Ok, hier is het plan. - DE: Okay, hier ist der Plan.
- NL: Wat was eigenlijk je plan? - DE: Wie sah dein Plan genau aus?
- NL: Ik bedoel, het ware plan? - DE: Ich meine, ihr wahrer Plan?
- NL: Wat was je van plan? - DE: Was hast du dir dabei gedacht?
- NL: Wat is jouw plan, Aife? - DE: Wie ist dein Plan, Aife?
- NL: Dus, wat is het plan? - DE: Also, was ist der Plan?
- NL: Trek er je plan mee. - DE: Tun Sie sich keinen Zwang an.
- NL: Dat was het hele plan. - DE: Das war der ganze Plan.
- NL: Hoe ging dat plan eigenlijk? - DE: Wie sollte das eigentlich laufen?
- NL: Goed, dit is het plan. - DE: Okay, hier ist der Plan...
Instructies
- Zoek op één of meer woorden om voorbeeldzinnen te zien. Bijvoorbeeld `trein vertraging` toont zinnen zoals `De trein had vertraging`.
- Woorden vertalen vertaalt geen zinnen, maar geeft juist extra informatie over een enkel woord zoals lidwoord, uitspraak en uitzonderingen.
- Hele zinnen en stukken tekst kun je vertalen bij Tekst vertalen
Tips
- Taalcombinaties met Nederlands hebben veel meer zinnen dan taalcombinaties met alleen niet-Nederlandse talen.
Nederlands <> Engels heeft bijvoorbeeld 5 miljoen zinnen, Spaans <> Engels maar 30.000
- Maak de zinnen die je intikt niet te lang. Met één of twee steekwoorden heb je meer kans op goede resultaten.
-
Afhankelijk van het aantal gevonden resultaten wordt er op drie niveau's gezocht. Welk niveau is gebruikt staat boven de resultaten:
1) Zinnen met de exacte overeenkomst:
Wat je zocht komt precies voor in diverse zinnen.
2) Zoekopdracht is deel van een langer woord:
Wat je zocht komt alleen voor als deel van een langer woord.
3) Zinnen die één of meer zoekwoorden bevatten:
Niet alle gevraagde woorden komen voor in de zinnen.
- De meeste zinnen zijn afkomstig van de ondertiteling van films en documentaires. De kwaliteit van de zinnen laat hier en daar te wensen over. Wees dus kritisch bij het overnemen van deze vertalingen.