Vertalingen skiën NL>FR
skiën
werkw.
Uitspraak: | [ˈskijə(n)] |
Verbuigingen: | skiede (verl.tijd ) heeft, is geskied (volt.deelw.) |
op ski's van een berg met sneeuw naar beneden glijden -
faire du ski © K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
Bron: TruetermVoorbeeldzinnen met `skiën`

Voorbeeldzinnen laden....