Vertaal
Vertalingen uit elkaar nemen NL>ES
uit elkaar nemen (ww.) analizar (ww.) ; desarmar (ww.) ; descomponer (ww.) ; desmantelar (ww.) ; desmontar (ww.) ; despachar (ww.) ; desplazar (ww.) ; disecar (ww.) ; expulsar (ww.) ; mudarse (ww.) ; trasladar (ww.) ; trasladarse (ww.)
uit elkaar nemen perturbación
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `uit elkaar nemen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: anatomiseren
NL: ontleden
NL: onttakelen
NL: uit elkaar halen
NL: uiteen nemen