Vertaal
Vertalingen iemand huisvesten NL>DE
iemand huisvesten (ww.) akkomodieren (ww.) ; beherbergen (ww.) ; einquartieren (ww.) ; hausen (ww.) ; leben (ww.) ; unterbringen (ww.) ; wohnen (ww.)
iemand huisvesten jemanden unterbringen
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `iemand huisvesten`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: accommoderen
NL: herbergen
NL: onderdak verschaffen