Vertaal
Naar andere talen: • s'accorder > DEs'accorder > ENs'accorder > ES
Vertalingen s'accorder FR>NL
[sakɔʀde]

1 aller ensemble - bij elkaar passen

  'Le rouge et le rose s'accordent mal.'
  Rood en roze passen slecht bij elkaar.


2   s'accorder pour/à
être d'accord pour - het eens worden te

  'Tous s'accordent à/pour dire la même chose.'
  Allen kwamen overeen hetzelfde te zeggen.


3 se donner - zich gunnen

  's'accorder une pause'
  zich een pauze gunnen

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
s'accorder (ww.) kloppen met (ww.) ; overeenkomen met (ww.) ; overeenstemmen met (ww.) ; samenstemmen (ww.) ; stroken met (ww.)
s'accorder bijeen passen
Bronnen: interglot; Trueterm

Voorbeeldzinnen met `s'accorder`
Voorbeeldzinnen laden....