Vertalingen refléter FR>NL
[ʀəflete]1 renvoyer l'image de - weerspiegelen
'Le miroir reflète mon visage.'
De spiegel weerspiegelt mijn gezicht.2 représenter, reproduire - weergeven
'Ce documentaire reflète la réalité.'
Deze documentaire is een afspiegeling van de werkelijkheid.© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
refléter (ww.) | afspiegelen (ww.) ; beschrijven (ww.) ; overbrengen (ww.) ; reflecteren (ww.) ; terugkaatsen (ww.) ; translateren (ww.) ; vertalen (ww.) ; weergeven (ww.) ; weerspiegelen (ww.) |
Bronnen: interglot; TruetermVoorbeeldzinnen met `refléter`

Voorbeeldzinnen laden....