Vertalingen intégrité FR>NL
[ɛ̃tegʀite]1 grande honnêteté - integriteit - onkreukbaarheid
'l'intégrité d'un juge'
de onkreukbaarheid van een rechter2 fait d'être entier - compleetheid
'l'intégrité des biens'
de compleetheid van de bezittingen[ɛ̃tegʀite]1 grande honnêteté - integriteit - onkreukbaarheid
'l'intégrité d'un juge'
de onkreukbaarheid van een rechter2 fait d'être entier - compleetheid
'l'intégrité des biens'
de compleetheid van de bezittingen© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
intégrité (v) | de eerlijkheid (v) ; de gaafheid (v) ; de getrouwheid (v) ; de integriteit (v) ; de loyaliteit (v) ; de onkreukbaarheid (v) ; de oprechtheid (v) ; de rechtschapenheid (v) ; trouw (znw.) ; trouwhartigheid (znw.) |
intégrité | echtheid ; integriteit ; onkreukbaarheid ; volledigheid |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.Voorbeeldzinnen met `intégrité`

Voorbeeldzinnen laden....