Vertalingen habillé FR>NL
[abilte]1 qui porte des vêtements - gekleed
'être bien habillé'
goed gekleed gaan
'être chaudement habillé'
warm gekleed zijn2 qui convient à une cérémonie - gekleed
'une robe très habillée'
een zeer geklede jurk© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
habillé | aangekleed ; gekleed |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `habillé`

Voorbeeldzinnen laden....
Uitdrukkingen en gezegdes
FR: ce manteau est très
habillé
NL: die mantel staat erg gekleed