Vertaal
Vertalingen fait d'abattre FR>NL
fait d'abattre (m) het afhakken ; het afhouwen ; gesnoei (znw.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `fait d'abattre`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
FR: fait de couper avec des coups de hache 1