Vertaal
Naar andere talen: • exténuer > DEexténuer > ENexténuer > ES
Vertalingen exténuer FR>NL
exténuer (ww.) afmatten (ww.) ; moe maken (ww.) ; slopen (ww.) ; uitputten (ww.) ; vermoeien (ww.)
Bron: interglot

Voorbeeldzinnen met `exténuer`
Voorbeeldzinnen laden....