Vertalingen déléguer FR>NL
[delege]1 donner à ··· - overdragen - delegeren
'déléguer son pouvoir à ··· '
zijn macht overdragen aan iemand© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
déléguer (ww.) | afvaardigen (ww.) ; delegeren (ww.) ; deputeren (ww.) ; overdragen (ww.) |
déléguer | uitbesteden |
Bronnen: Trueterm; interglot; ICT-WoordenboekVoorbeeldzinnen met `déléguer`

Voorbeeldzinnen laden....