1. MWB
  2. Vertalen
  3. s'étendre (FR>NL)
Vertaal
Naar andere talen: • s'étendre > DE • s'étendre > EN • s'étendre > ES
Vertalingen s'étendre FR>NL
[setɑ̃dʀ]

1 s'allonger - gaan liggen

  's'étendre sur un lit'
  op een bed gaan liggen

2 occuper un espace - zich uitstrekken

  'La plage s'étend sur plusieurs kilomètres.'
  Het strand strekt zich uit over verscheidene kilometers.

3 se développer - zich uitbreiden

  'L'épidémie s'étend.'
  De epidemie breidt zich uit.

4 s'attarder - uitweiden

  's'étendre sur un sujet'
  over een onderwerp uitweiden
© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
s'étendre (ww.) aangroeien (ww.) ; afdwalen (ww.) ; gaan liggen (ww.) ; neervlijen (ww.) ; rekken (ww.) ; uitstrekken (ww.) ; vermeerderen (ww.) ; vlijen (ww.)
s'étendre zich uitbreiden
Bronnen: interglot; Wikipedia; ICT-Woordenboek

Voorbeeldzinnen met `s'étendre`
Voorbeeldzinnen laden....