Vertalingen zurückstellen DE>NL
zurückstellen
werkw.
| Uitspraak: | [ʦuˈrʏkʃtɛlən] |
1) an seinen ursprünglichen Platz stellen -
terugzetten | Stellst du die Vase bitte auf den Schrank zurück? - Zet je alsjeblieft de vaas terug op de kast? |
2) zugunsten anderer / anderem aufschieben -
uitstellen | Wir müssen die Sanierung einstweilen zurückstellen, bis wieder mehr Geld vorhanden ist. - Wij moeten de verbouwing voorlopig uitstellen tot er weer meer geld beschikbaar is. |
3) eine frühere Zeit einstellen -
vooruitzetten | die Uhr um eine Stunde zurückstellen - de klok een uur vooruitzetten |
4) niedriger einstellen -
terugdraaien 5) noch nicht einschulen -
uitstellen | Sie ließen ihren Sohn für ein Jahr (vom Schulbesuch) zurückstellen. - Zij stelden het (schooljaar) nog een jaar uit. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| zurückstellen (ww.) | achterhouden (ww.) ; achteruitzetten (ww.) ; degraderen (ww.) ; opzijleggen (ww.) ; reserveren (ww.) ; terugplaatsen (ww.) ; terugzetten (ww.) ; voorbehouden (ww.) |
| zurückstellen | opschorten |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.Voorbeeldzinnen met `zurückstellen`
Voorbeeldzinnen laden....
