Vertaal
Vertalingen sich vorbereiten DE>NL
sich vorbereiten (ww.) zich bereiden (ww.) ; zich gereed maken (ww.) ; zich klaarmaken (ww.) ; zich opmaken (ww.) ; zich prepareren (ww.) ; zich voorbereiden (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `sich vorbereiten`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: make-up anbringen
DE: sich begeben
DE: sich bereit machen
DE: sich fertig machen