Vertaal
Naar andere talen: • erlösen > ENerlösen > ESerlösen > FR
Vertalingen erlösen DE>NL

I erlösen

werkw.
Uitspraak:  [ɛɐˈløːzən]

1) von einem unangenehmen Gefühl o. Ä. befreien - verlossen , bevrijden
ein Tier von seinen Schmerzen erlösen - een dier uit zijn lijden verlossen
Endlich kam die erlösende Nachricht. - Eindelijk kwam het verlossende bericht.

2) nach dem Tod von Sünden befreien religie - verlossen , bevrijden


II die Erlösung

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [ɛɐˈløːzʊŋ]
Verbuigingen:  Erlösung , Erlösungen

deel van de uitdrukking: verlossing , bevrijding
Der Tod war für ihn eine Erlösung. - De dood was voor hem een verlossing.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
erlösen (ww.) banen (ww.) ; bevrijden (ww.) ; emanciperen (ww.) ; loslaten (ww.) ; losmaken (ww.) ; ontzetten (ww.) ; verlossen (ww.) ; vrijlaten (ww.) ; vrijmaken (ww.) ; vrijvechten (ww.)
Bron: interglot

Voorbeeldzinnen met `erlösen`
Voorbeeldzinnen laden....