Vertaal
Naar andere talen: • beängstigen > ENbeängstigen > ESbeängstigen > FR
Vertalingen beängstigen DE>NL
beängstigen (ww.) beangstigen (ww.) ; benauwen (ww.) ; ongerust maken (ww.)
Bronnen: Trueterm; interglot

Voorbeeldzinnen met `beängstigen`
Voorbeeldzinnen laden....