Vertaal
Naar andere talen: • Überleben > ENÜberleben > ESÜberleben > FR
Vertalingen Überleben DE>NL

I überleben

werkw.
Uitspraak:  [yːbɐˈleːbən]

1) lebend überstehen - overleven
20 Menschen überlebten den Flugzeugabsturz. - 20 mensen overleefden het vliegtuigongeluk.

2) nach jds Tod weiterleben - overleven
Sie überlebte ihren Mann um fünf Jahre. - Haar man was al vijf jaar dood toen zij stierf.

3) nicht mehr in Gebrauch bleiben - overleven
Diese Mode hat sich überlebt. - Deze mode heeft het overleefd.


II Überlebende

zelfst.naamw. (masculine-feminine)
Uitspraak:  [yːbɐˈleːbəndə]
Verbuigingen:  Überlebenden , Überlebenden

deel van de uitdrukking: overlevende
Die Überlebenden des Unfalls wurden ins Krankenhaus gebracht. - De overlevenden van het ongeval werden naar het ziekenhuis gebracht.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
überleben (ww.) overleven (ww.)
das Überlebende overleving ; het voortbestaan ; het voortleven
Überleben overleving
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `Überleben`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: länger leben als

Uitdrukkingen en gezegdes
DE: sich überleben NL: zichzelf overleven, verouderd raken