Vertalingen öffentlich DE>NL
I öffentlich
bijv.naamw.
1) der Allgemeinheit dienend, von allen benutzbar -
openbaar eine öffentliche Bibliothek - een openbare bibliotheek mit öffentlichen Verkehrsmitteln fahren - met openbare vervoer reizen |
2) so, dass Publikum dabei sein, die Vorgänge verfolgen kann -
openbaar Der Stadtrat tagt heute in nicht öffentlicher Sitzung. - De vergadering van de gemeenteraad is vandaag niet openbaar. |
3) sich auf die Gesellschaft beziehend -
openbaar etw. ist / liegt im öffentlichen Interesse - iets is / ligt binnen de openbare interesse |
4) den Staat betreffend -
overheid im öffentlichen Dienst arbeiten - bij de overheid werken öffentliche Gelder - overheidsgeld |
II öffentlich
bijwoord
1) deel van de uitdrukking: publiekelijk etw. öffentlich erklären - iets publiekelijk verklaren öffentlich auftreten - publiek vertonen |
2) deel van de uitdrukking: openbaar öffentlich zugängliche Grünflächen - openbaar toegankelijke parken |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
öffentlich | onverholen ; openbaar ; openlijk ; ploertig ; publiek ; rechttoe rechtaan ; openbaar |
Bronnen: interglot; Antiquarian Dictionary; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `öffentlich`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: allgemein