Synoniemen van passen

• aan proberen
• aanpassen
• aanproberen
• afmeten
• aftellen
• afzien van
• behoren
• betamen
• betreffen
• bijpassen
• conveniëren
• deugen
• geld afpassen
• gelegen komen
• gepast betalen
• geschikt zijn
• horen
• op proef aantrekken
• passend zijn
• proberen
• schikken
• schreden
• staan
• stappen
• treden
• uitkomen
• voegen
• voetstappen

Puzzelomschrijvingen van passen:

• Aanpassen
• Aansluiten
• Aantrekken
• Afmeten
• Afpaling
• Aftellen
• Afzien van
• Behoren
• Betamelijk zijn
• Betamen
• Betreffen
• Beurt voorbij laten gaan
• Bijpassen
• Conveniëren
• De juiste maat afmeten
• Deugen
• Erkennen
• Fitten
• Geen zin hebben
• Gelegen komen
• Gepast betalen
• Geschikt zijn
• Goed zitten
• Horen
• Ineensluiten
• Kaartterm
• Kwadreren
• Lijken
• Meten
• Moeten
• Naaien
• Nauwkeurig afmeten
• Neggen
• Netjes zijn beurt voorbij laten gaan
• Niet meedoen
• Niet vragen
• Op zijn plaats zijn
• Plaatsen
• Precies betalen wat moet
• Proberen
• Quadreren
• Reguleren
• Schikken
• Schreden
• Sluiten
• Spel
• Staan
• Stappen
• Toekomen
• Toestaan
• Treden
• Uitkomen
• Vallen
• Vlijen
• Voegen
• Voetstappen
• Zijn beurt laten voorbijgaan
• Zijn beurt voorbij laten gaan
• Zitten

Cryptische omschrijvingen van passen: