Steenwijks

Steenwijks bevat 23 gezegden, 263 woorden en 2 opmerkingen. Alle woorden zijn toegevoegd door onze bezoekers.

PDFLog in

23 gezegden

beteuterd kijkensneu kieken
Dat is lang geleden dat ik je heb gezienVaal dood maot, leef ie nog?
dat staat als een paal boven waterdat staot as 'n paole boôm d'Ao
de moed opgevende lippe laoten 'angen
de tijd hebbenet an de tied emmen
een scherpe tong hebbeneen bek as een biele emmen
er piekfijn uitzienglimmen as een peerdekeutel in de maoneskien
goed op gang zijnmooi óp glee wezen
hij heeft een brok in de keelI' j ef ' n kloete in d' aals
hij heeft een scheiding in zijn haari'j ef 'n luusepattien op de kop
Hoeveel heb je er horen vallenHoeveule heb ie der heuren valen
Iets zonder na te denken doenOp de dollerooi
ik zweer dat het waar isma'k stoete pikken as 't neet waor is
Kom maar op mijn rugKom maor bi'j mi'j op de karsemarse
Met de KerstdagenMit de Karsdaegen
met lange tanden etentiesen
niet goed oplettenin de buuse laoten pissen
Niet goed wijs zijnNeet good dege wezen
op hol slaanóp de loop gaon
Oud genoeg om met meisjes uit te gaanlocht op de bessem
overleden zijnuut de tied wezen
voor de flauwe kulveur de poelegrap
Wij zijn daar mee bezigWi’j binnen daor mid(t) bezig

263 woorden

A

aangelegdanelegd
aankomtankómp
aardappeleerappel
aardbeienerebesen
alleenallennig / allend
altijdaltied
armenaarms

B

bankbaank
bedbédde
bemoeienbemujjen
beweegbewege
bewoogbeweug
bezembezzem
bezemsteelbessemstaele
bijlbiele
binnenste buitenkrenge
blaadjeblattien
blijbliede
bloeienblujjen
borstzakfikkien
bramenbrummels
broekzakbuuse
broerbreur
BroodStoete
brugbrógge
buibujje
buikboek
buitenbuten

C

chocolasukelao

D

DaargindsDaorgunder
dadelijkdómmiet
DansenDaanzen
darmdaarm
de oostkantd’oostkaante
dertigdartig
dezedizze
dingetjedinkien
dinsdagdeensdag
dorstdust
draaiendreien
drankliefhebberpreuverd
droogdreuge
drukdrok
duidelijkdudelijk
duikelendukelen
duimdoeme
DuitserDuutser
duwendouwen

E

eendente
eindende
elkaarme’kaere
elke avondelk’ aovend
eveneem

G

gagao
gaangaon
galgenbretels
GaperdGaeperd
gat in de broekzakbioscoopbuuse
gedaanedaon
gedichtjegediggien
gehemeltegaogelte
GeitGeite
geloof / gelooftgleuv / gleuven
geluidgeluud
GenoegGenóg
GentlemanKolbertien
geweestewest
gezochtezöcht
glaasjeglaesien
glurengloepen
groengreun
groentegreunte
Gulzig iemandGroaperd

H

hallomeuj
hallo / daguj
hallo, doei
handen'Aand'n
handschoenvingerhaanze
Heb / ben je al gebeld?Alle belt?
heenhenne
heet / hittehiete
helemaalelemaole
herfsthaarfst
het lijkt't lek
holletjehollegien
HondOntien
hoofdeufd
hooiheui
horlogeallosien
horlogehorlozie
huilebalklipbek
HuilenLippen
huis(h)uus

I

ijsies
ijzereniezeren
in de warin de warre

J

jij hebtie hemmen
jij kuntie kunnen
JongetjeJónggien
joujoe
juistjuust
juist, precieskrek

K

kaaskeese
KampKaampe
karkarre
kastkaaste
kerkkaarke
kieskooze
kindkiend
kipkiepe
kliederenklaaien
kniekni’je
knopenknuppen
konijnknien
KontKónte
krantkraante
kruimelkrummel
kruiwagenkrooie
kruiwagenkrulewaegen
krukkrukke
kuikenpieke
kuilkoele
kussensmókken
kwijtkwiet

L

lamplaampe
landlaand
lawaai makenbaldiksen
lenteveurjaor
LichtLócht
Liedje'Litien
lijstlieste
lisdoddepallempiester
luilöi
luisterenluusteren

M

MaaienMeien
maatjemaotien
meisjemaegd
melkkrukjetule
mensmeense
mensmeinze
meteenlieke
moemeu
moeitemöite
MuisMoes

N

NergensNaargens
nergensnargens
niezenproesen

O

OlieEulie
oliebolleneulekoken
OnnastraatOnnecienstraote
OnnastraatOnnegiesstraote
onsoons
oorwurmoorkroeper
opgezopenópeseupen
OpoeOpa
overhemdboezeroen

P

paardpeerd
PensPeinze
pijnpiene
pijppiepe
pink (éénjarige koe)pinke
plagzodde
PlankPlaanke
plonsenplumpen
plukjetoefte
politiepliesie
prakjeproesien
pratenpraoten
pruimproeme

R

rand / hoekig stuktippe
reutjerekel
roerenreuren
rugrógge
ruggegraatróggestrenge
ruig / ruwroeg

S

samenmekaere
SchaapSkaop
schaatsenskaetsen
schaatsenskaeze
scheefskeef
scherpskaarp
schijtendrieten
schijterdskieterd
schoenskoe
schoolskoole
schoonskone
schop / schepskuppe
schortschölk / schulk
schortskullek
SchouderSchólder
smijtensmieten
snijdensnieden
staanstaon
stalpaalstiele
steenwijkersteenwieker
steenwijker courantt olde wief
Steenwijker torenSteenwieker toorn
stervenstarven
stiekemgloeperig
stiekemerdachtereuvertien
stierbólle
stijfstief
stondstund
stukje uit de neuskoddegien
sufferddoezedoppe
sufferdgoezebrook

T

taaltael
tandtaane
teefjetoeke
teenti’je
terugterugge
TerugTrógge
terug(keren)weerómme
Tot ziensGoeie
truitröi

U

uiensiepels
uitnodigenuutneudigen
UrinerenMiegen

V

vakantievekaansie
van joujoente
van mijmiente
velgvelge
verfvaarve
verkreukelenvertovvelen
verlaatsewegveurweg
vijftigfuuftig
VleesVleis
vreemdvrumd
VroegVróg
VuistVoeste

W

WaarWoar
waardweerd
waaromwaorumme
wandelenkuier' n
weggetjepaetien
werkwark
wijf / vrouwwief
wijnwien
willenwollen
windvlaagwiendskeute

Z

zakkladde
Zak (Broekzak, jaszak, etc) Buze
zakje op overhemdfikkie
zeurkousdrokkedreet
ZeurkousMiegerd
zevenzeuven
zijnzien(te)
Zijn broerSien breur
zoekenzeuken
zoetseute
zomerszoemers
zonsunne
zondagsundag
zonderzunder
zoonzeune
zorgenzoarg'n / zoargen
zou jijzól ie
zoudenzollen
zuinigzunig
zuinig iemandgraoperd
zuipenzoep'm, zoep'n
zwagerzwaoger
zweepbóllepiste

2 opmerkingen

  1. Dit woord wordt veelal gebruikt in Steenwijkerwold en omstreken.
  2. in de goeiigeid